Psalmen 99:1-9
99 Jehovah is Koning geworden.+ Laten de volken beven.
Hij troont boven* de cherubs.+ Laat de aarde schudden.
2 Jehovah is groot in Sion,hij is boven alle volken verheven.+
3 Laten ze uw grote naam loven,+want die is ontzagwekkend en heilig.
4 U bent een machtige koning die het recht liefheeft.+
U hebt gevestigd wat eerlijk is.
In Jakob hebt u recht en rechtvaardigheid+ gebracht.
5 Prijs Jehovah, onze God,+ en buig je neer* bij zijn voetenbank.+
Hij is heilig.+
6 Mozes en Aäron waren onder zijn priesters+en Samuël onder hen die zijn naam aanriepen.+
Riepen ze tot Jehovah,dan antwoordde hij.+
7 Vanuit de wolkkolom sprak hij tot hen.+
Ze hielden zich aan zijn richtlijnen* en het voorschrift dat hij hun gaf.+
8 O Jehovah, onze God, u hebt hun geantwoord.+
U was een God die hen vergaf,+maar u strafte* hen voor hun zondige daden.+
9 Prijs Jehovah, onze God,+en buig je neer* voor zijn heilige berg,+want Jehovah, onze God, is heilig.+
Voetnoten
^ Of mogelijk ‘tussen’.
^ Of ‘aanbid’.
^ Of ‘vermaningen’, ‘herinneringen’.
^ Lett.: ‘oefende wraak tegen’.
^ Of ‘aanbid’.