Hoofdstuk 14

Als gezin met het oog op een eeuwige toekomst bouwen

1. Waarom is het ter bevordering van het gezinsgeluk goed om aan de toekomst te denken?

DE TIJD schrijdt voort. Wij mogen dan wel vele dierbare herinneringen aan het verleden hebben, maar wij kunnen niet in het verleden leven. Wij kunnen wel van het verleden, met inbegrip van in het verleden begane fouten, leren, maar wij kunnen slechts in het heden leven. En toch zullen wij, ook al gaat het op het ogenblik misschien wel goed in ons gezin, het feit onder de ogen moeten zien dat het heden slechts voor het ogenblik is. Vandaag wordt weldra gisteren, en het heden wordt al gauw het verleden. Voor het geluk van het gezin is het dus uitermate belangrijk dat wij naar de toekomst blijven kijken, ons daarop voorbereiden en er plannen voor maken. Hoe de toekomst er voor ons en voor degenen die ons na staan, uit zal zien, zal in grote mate afhangen van de beslissingen die wij nu nemen.

2. (a) Waarom willen velen niet aan de toekomst denken? (b) Als wij een gelukkige toekomst willen hebben, naar wie dienen wij dan te luisteren?

² Wat zijn de vooruitzichten? Voor het merendeel der mensen strekken de gedachten die zij met betrekking tot de toekomst hebben, zich slechts over enkele korte jaren uit. Velen geven er de voorkeur aan niet erg ver in de toekomst te kijken omdat zij alleen maar een onaangenaam einde kunnen voorzien, waarin de gezinskring door de dood verbroken wordt. Voor velen worden hun ogenblikken van geluk al snel overschaduwd door de zorgen  van het leven. Maar door te luisteren naar Degene „aan wie elke familie in hemel en op aarde haar naam te danken heeft”, kan het leven heel wat meer te bieden hebben. — Efeziërs 3:14, 15.

3. (a) Welke vooruitzichten stelde God de eerste mensen voor ogen? (b) Waarom liep het anders af?

³ Toen het eerste mensenpaar werd geschapen, was het niet Gods bedoeling dat zij of hun toekomstige kinderen slechts enkele kommervolle jaren zouden leven en dan zouden sterven. Hij gaf hun een paradijstehuis en stelde hun het vooruitzicht van eindeloos leven voor ogen (Genesis 2:7-9, 15-17). Maar zij verspeelden dit vooruitzicht voor zichzelf en hun nakomelingen door de wet van God, Degene van wie hun leven afhing, opzettelijk te overtreden. De bijbel verklaart het als volgt: „Door bemiddeling van één mens [Adam] [is] de zonde de wereld . . . binnengekomen en door middel van de zonde de dood, en [heeft] aldus de dood zich tot alle mensen . . . uitgebreid omdat zij allen gezondigd hadden.” — Romeinen 5:12.

4. Welke regeling heeft Jehovah God getroffen opdat zijn oorspronkelijke voornemen met betrekking tot de mensheid verwezenlijkt zal worden?

⁴ God heeft echter liefdevol een voorziening getroffen om de menselijke familie los te kopen. Zijn eigen Zoon, Jezus Christus, heeft zijn volmaakte menselijke leven ten behoeve van alle nakomelingen van Adam afgelegd (1 Timótheüs 2:5, 6). Aldus heeft Jezus teruggekocht of losgekocht wat Adam voor ons verloren had en werd voor degenen die geloof in deze voorziening zouden oefenen, de weg geopend om net als het eerste mensenpaar eeuwig leven uit Gods hand te kunnen ontvangen. Indien iemand thans niet in een vroeger stadium van zijn leven door een ernstige ziekte of door een ongeluk wordt getroffen, leeft hij misschien 70 of 80 jaar, en enkelen leven nog wat langer. „Maar de gave die God schenkt, is eeuwig leven door Christus Jezus, onze Heer.” — Romeinen 6:23.

5-7. (a) Als wij thans Gods wil doen, waarnaar kunnen wij dan in de toekomst uitzien? (b) Welke vraag zou u in verband met het helpen van uw gezin kunnen stellen?

 ⁵ Wat kan dit voor uw gezin betekenen? Voor mensen die naar Gods geboden luisteren en ze gehoorzamen, kan het een eeuwige toekomst betekenen (Johannes 3:36). God belooft in zijn onfeilbare Woord dat hij het huidige onderdrukkende samenstel van dingen zal verwijderen en ervoor zal zorgen dat alle aangelegenheden van de mensheid worden bestuurd door een volmaakte en rechtvaardige regering waarin hijzelf voorziet (Daniël 2:44). In dit verband zegt zijn Woord ons dat hij zich heeft voorgenomen om „alle dingen weer bijeen te vergaderen in de Christus, de dingen die in de hemelen en de dingen die op de aarde zijn” (Efeziërs 1:10). Ja, dan zal er universele harmonie heersen en zal de menselijke familie over de gehele aarde verenigd zijn, vrij van rassenstrijd, politieke verdeeldheid, harteloze misdaad en oorlogsgeweld. Gezinnen zullen in zekerheid wonen „en er zal niemand zijn die hen doet beven” (Psalm 37:29, 34; Micha 4:3, 4). Dit zal zo zijn omdat allen die dan leven, personen zullen zijn die „als geliefde kinderen” „navolgers van God” zijn geworden en „in liefde [zullen blijven] wandelen”. — Efeziërs 5:1, 2.

⁶ Onder leiding van Gods Koninkrijksheerschappij zal de menselijke familie dan eensgezind werken aan het vreugdevolle project de aarde in de paradijstoestand te brengen die de Schepper zich had voorgenomen, een parkachtig tehuis dat voor de gehele mensheid een overvloed aan voedsel oplevert. De immense verscheidenheid aan vogels, vissen en dieren die de aarde rijk is, zal onder de liefdevolle heerschappij van mensen komen en hun tot vreugde dienen, want dit is Gods bekendgemaakte voornemen (Genesis 2:9; 1:26-28). De levensvreugde van de menselijke familie zal niet meer door ziekte, pijn, de verzwakkende gevolgen van de ouderdom, of door de vrees  voor de dood bedorven worden. Zelfs zij die „in de herinneringsgraven” zijn, zullen terugkeren en in de grootse gelegenheden delen die het leven dan zal bieden. — Johannes 5:28, 29; Openbaring 21:1-5.

⁷ Wat kunt u doen om uw gezin te helpen de vervulling van deze vooruitzichten mee te maken?

WAT MOETEN WIJ DOEN?

8. Wat wordt er van ons verlangd om Gods goedkeuring te verwerven?

⁸ Niemand van ons dient ten onrechte te denken dat wij, door gewoon een naar onze opvattingen „goed leven” te leiden, tot degenen zullen behoren die leven in Gods nieuwe samenstel van dingen verkrijgen. Het staat niet aan ons te beslissen wat de vereisten zijn. God bepaalt de vereisten, en terecht. Toen Jezus eens in Judéa onderwees, vroeg een man: „Door wat te doen, zal ik eeuwig leven beërven?” Het antwoord was: „’Gij moet Jehovah, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw kracht en met geheel uw verstand’, en: ’uw naaste als uzelf’” (Lukas 10:25-28). Er is duidelijk veel meer bij betrokken dan alleen maar te zeggen dat wij in God geloven, of op gezette tijden naar bijeenkomsten te gaan waar de bijbel wordt besproken, of nu en dan vriendelijke dingen voor bepaalde personen te doen. Het geloof dat wij belijden, dient veeleer dagelijks, vierentwintig uur per dag, een buitengewoon krachtige invloed op onze gedachten, verlangens en daden te hebben.

9. Welke schriftuurlijke beginselen kunnen ons helpen een evenwichtige kijk op de normale dingen van het leven te hebben?

⁹ Door onze verhouding tot God steeds in gedachten te houden en naar waarde te schatten, zullen wij geholpen worden met wijsheid te handelen en dit zal ons van zijn goedkeuring en hulp verzekeren (Spreuken 4:10). Door alle aangelegenheden van het leven in verhouding tot hem en zijn voornemens te bezien, zullen wij in staat zijn een  goed evenwicht te bewaren in de wijze waarop wij ons leven besteden. Wij moeten werken om in onze fysieke behoeften te voorzien. Maar Gods Zoon waarschuwt ons dat wij door bezorgd te zijn en materiële dingen vurig na te streven, geen el aan ons leven kunnen toevoegen; door eerst Gods koninkrijk en zijn rechtvaardigheid te zoeken, zal ons leven eindeloos verlengd worden (Matthéüs 6:25 tot 33; 1 Timótheüs 6:7-12; Hebreeën 13:5). Het is Gods bedoeling dat wij intens van ons gezinsleven genieten. Maar door zo volledig op te gaan in gezinsaangelegenheden dat wij in gebreke blijven oprechte liefde voor mensen buiten de gezinskring te tonen, zouden wij ons doel voorbijstreven, ons gezin een bekrompen kijk op het leven geven en ons van Gods zegen beroven. Gezinspret en -ontspanning schenken de grootste vreugde als ze op de juiste plaats worden gehouden en wij nooit toelaten dat ze onze liefde voor God op de achtergrond dringen (1 Korinthiërs 7:29-31; 2 Timótheüs 3:4, 5). Door alle dingen, hetzij als gezin of als afzonderlijke personen, in overeenstemming met de deugdelijke beginselen van Gods Woord te doen, zal ons leven ons een diepe voldoening schenken en zullen wij het gevoel hebben echt iets bereikt te hebben. Bovendien zullen wij een stevig fundament voor een eeuwige toekomst leggen. Dus, „wat gij ook doet, verricht uw werk met geheel uw ziel als voor Jehovah . . . want gij weet dat gij van Jehovah als rechtmatige beloning de erfenis zult ontvangen”. — Kolossenzen 3:18-24.

ALS GEZIN BOUWEN

10. Hoe belangrijk is het om thuis geregeld de bijbel te bespreken?

¹⁰ Willen de leden van een gezin voor dezelfde doeleinden blijven werken, dan is het zeer waardevol, ja zelfs noodzakelijk, om thuis Gods Woord te bespreken. Elke dag biedt tal van gelegenheden om dingen die gezien en gedaan worden, in verband te brengen met het voornemen  van de Schepper (Deuteronomium 6:4-9). Het is goed om geregelde tijden opzij te zetten waarop allen deelnemen aan het gezamenlijk lezen en bespreken van de bijbel, misschien met behulp van publikaties die de bijbel verklaren. Dit heeft een verenigende uitwerking op het gezin. De gezinsleden kunnen dan Gods Woord gebruiken om elkaar te helpen het hoofd te bieden aan problemen die zich eventueel voordoen. Wanneer ouders een goed voorbeeld geven door niet toe te laten dat andere belangen gemakkelijk inbreuk op zulke periodes van gezinsbijbelbesprekingen maken, zal dit de kinderen doordringen van de uitermate grote belangrijkheid diepe eerbied en waardering voor Gods Woord te hebben. Zijn Zoon zei: „De mens moet niet van brood alleen leven, doch van elke uitspraak die uit Jehovah’s mond voortkomt.” — Matthéüs 4:4.

11. Welke neiging dient in het gezin vermeden te worden als het op geestelijke vooruitgang aankomt?

¹¹ Er dient in een lichaam „geen verdeeldheid” te zijn, maar „de leden ervan [dienen] dezelfde zorg voor elkaar” te hebben (1 Korinthiërs 12:25). Zo moet het ook zijn met betrekking tot een gezins-’lichaam’. Een huwelijkspartner mag zich niet zo door zijn of haar eigen geestelijke vooruitgang in kennis en inzicht in beslag laten nemen dat er geen oprechte bezorgdheid wordt getoond voor de geestelijke vooruitgang van de andere huwelijkspartner. Als een man bijvoorbeeld niet voldoende aandacht schenkt aan de geestelijke behoeften van zijn vrouw, kan het zijn dat zij na verloop van tijd niet meer dezelfde doeleinden voor ogen heeft als hij. Als ouders niet voldoende persoonlijke belangstelling voor de geestelijke groei van hun kinderen hebben, door hen te helpen inzien hoe de beginselen van Gods Woord van toepassing zijn en de grootste vreugde in het leven kunnen schenken, bemerken zij misschien dat het hart en de geest van hun kinderen afgeleid worden door de materialistische geest  van de wereld om hen heen. Blijf, voor het eeuwige welzijn van uw gezin, als een geregeld en essentieel onderdeel van uw gezinsleven kennis uit Gods Woord in u opnemen.

12. De omgang met wie dienen wij niet te verzaken?

¹² Als het werkelijk zo is dat ’liefde thuis begint’, dient ze daar niet te eindigen. Gods Woord heeft voorzegd dat Gods ware dienstknechten zelfs al gedurende het huidige samenstel van dingen een wereldomvattend gezin van broeders en zusters zouden worden. Hij zegt dat wij „zolang de tijd voor ons er nog gunstig voor is, het goede [moeten] doen jegens allen, maar vooral jegens hen die aan ons verwant zijn in het geloof”, onze geloofsgenoten in de „gehele gemeenschap van [onze] broeders in de wereld” (Galáten 6:10; 1 Petrus 5:9). Het dient een vreugde te zijn om als gezin geregeld met degenen die tot dat grotere „gezin” behoren, bijeen te komen, een vreugde die men niet gemakkelijk prijsgeeft voor andere belangen. — Hebreeën 10:23-25; Lukas 21:34-36.

13. Welke verantwoordelijkheid hebben wij ten aanzien van mensen buiten de christelijke gemeente?

¹³ Maar onze liefde dient niet slechts beperkt te blijven tot degenen die zich reeds in „Gods huisgezin”, zijn gemeente, bevinden (1 Timótheüs 3:15). Als wij alleen degenen liefhebben die ons liefhebben, alleen onze broeders, ’wat voor buitengewoons doen wij dan?’, zo zei Gods Zoon. Om als onze hemelse Vader te zijn, moeten wij ons van ganser harte om alle mensen bekommeren en ons jegens allen zonder uitzondering vriendelijk en behulpzaam betonen door altijd te trachten het goede nieuws van Gods koninkrijk met hen te delen en daarin het initiatief te nemen. Als wij op deze wijze als gezin godvruchtige liefde tot uitdrukking brengen, krijgt ons leven werkelijk betekenis en een doel. Wij allen, zowel ouders als kinderen, ondervinden dan wat het betekent in volledige mate liefde te betonen, op de wijze waarop  God liefde betoont (Matthéüs 5:43-48; 24:14). Ook wij delen dan in het volkomen geluk dat alleen zulk een van ganser harte geven kan schenken. — Handelingen 20:35.

14. Welke raad kan men toepassen ter bevordering van een gelukkig gezinsleven?

¹⁴ Wat een schitterende vooruitzichten staan gezinnen die zulk een liefde ten toon spreiden, te wachten! Zij hebben geleerd dat zij hun gezinsleven gelukkig kunnen maken door de raad uit Gods Woord toe te passen. Ondanks de problemen en de druk van het leven waaronder alle mensen gebukt gaan, ervaren zulke gezinnen nu reeds vele voortreffelijke resultaten van het toepassen van deze raad. Maar zij kijken verder dan het heden, en zij denken niet in termen van slechts enkele jaren van leven voordat de dood een eind aan alles maakt. Met vertrouwen in de betrouwbaarheid van de beloften van God, zal ieder gezinslid vreugdevol met het oog op een eeuwige toekomst bouwen.

15. Wat zou u zich kunnen afvragen met betrekking tot het nut van de in dit boek uiteengezette schriftuurlijke richtlijnen?

¹⁵ Dit boek heeft aan de hand van de bijbel aangetoond dat God de aarde heeft geschapen met de bedoeling dat ze bewoond zou worden. Hij heeft de gezinsregeling in het leven geroepen om dit doel te verwezenlijken. Jehovah God heeft ook richtlijnen voor vaders, moeders en kinderen verschaft, en deze richtlijnen zijn eveneens in dit boek beschouwd. Hebt u enkele van deze beginselen in uw gezin kunnen toepassen? Hebben ze u geholpen uw gezin gelukkiger te maken? Wij hopen dit van harte. Maar wat heeft de toekomst voor u en uw gezin in petto?

16-18. Welke schitterende toestanden heeft Jehovah God voor deze aarde in petto?

¹⁶ Zou u er graag aan willen meehelpen zorg te dragen voor de aarde en haar vruchtbaar te maken, zodat de akkers rijke oogsten zullen opleveren en de woestijnen zullen bloeien? Zou u graag zien dat doornen en distels  plaats maken voor boomgaarden en majestueuze wouden? Zouden u en uw gezin het fijn vinden om heerschappij te voeren over de dieren, niet met behulp van jachtgeweren, zwepen en ijzeren tralies, maar op basis van liefde en wederzijds vertrouwen?

¹⁷ Als uw hart smacht van verlangen naar de tijd dat zwaarden tot ploegscharen geslagen zullen worden en speren tot snoeimessen, dat er geen bommen meer gemaakt zullen worden en er geen oorlogshitsers meer zullen zijn, dan zult u zich verheugen over Jehovah’s nieuwe samenstel van dingen. Onderdrukkende politieke heerschappij, commerciële hebzucht en religieuze huichelarij zullen tot het verleden behoren. Elk gezin zal in vrede onder zijn eigen wijnstok en vijgeboom wonen. Overal op aarde zal het blijde geroep van uit de doden opgewekte kinderen en het opwekkende gekwinkeleer van vele vogels te horen zijn. En de lucht zal vervuld zijn van een welriekende bloemengeur in plaats dat ze tot verstikkens toe verontreinigd wordt door industriële afvalstoffen. — Micha 4:1-4.

¹⁸ Als het uw innige hoop is de lamme te zien springen als een hert, de tong van de stomme te horen zingen, te zien dat de ogen van de blinde geopend en de oren van de dove ontsloten worden, er getuige van te zijn dat gezucht en geween in vreugde veranderen, tranen en rouw in lachen veranderen, en pijn en dood in gezondheid en eeuwig leven veranderen, doe dan uw uiterste best om u en uw gezin te helpen de nodige stappen te doen om voor altijd in Jehovah’s nieuwe samenstel te leven, waar zulke toestanden voor eeuwig zullen heersen. — Openbaring 21:1-4.

19. Hoe kunt u met uw gezin tot degenen behoren die zich in de zegeningen van Gods nieuwe samenstel zullen verheugen?

¹⁹ Zal uw gezin zich onder de gelukkige mensenmenigten bevinden die dan de aarde zullen vullen? Dat hangt  van u af. Volg nu Jehovah’s instructies voor het gezinsleven op. Werk er als gezin aan om nu te bewijzen dat u in de levensstijl van dat nieuwe samenstel zou passen. Bestudeer Gods Woord, pas het in uw leven toe en vertel anderen over de hoop die in het verschiet ligt. Door dit te doen, zult u als gezin „een goede naam” bij God opbouwen. „Een goede naam is te verkiezen boven overvloedige rijkdom; gunst is beter dan zelfs zilver en goud.” Jehovah zal zo’n naam niet vergeten: „De gedachtenis van de rechtvaardige is tot zegen” (Spreuken 22:1, Herziene Engelse uitgave van 1971, voetnoot; 10:7). Dan bestaat de kans dat u met uw gezin door Jehovah’s onverdiende goedheid gezegend zult worden met een eeuwige toekomst van volmaakt geluk.

[Studievragen]

 [Paginagrote illustratie op blz. 189]