Jaartekst voor 1974
Jaartekst voor 1974
„Al bloeit de vijgeboom niet, . . . toch wil ik . . . mij uitbundig verheugen in Jehovah zelf.” — Hab. 3:17, 18.
Kunnen de mensen, gezien de slechte economische toestanden op aarde, zich wel uitbundig verheugen in Jehovah zelf? Degenen die Jehovah’s voornemen begrijpen, kunnen dit wel omdat zij beseffen dat alles wat zij thans op aarde zien gebeuren, zoals de onrust van de natiën, oorlogen, pestilentie, aardbevingen en hongersnoden die hen aangrijnzen, erop duidt dat er een grote verandering ophanden is. Binnenkort zal er een grote verdrukking over de aarde losbarsten, die haar hoogtepunt zal bereiken in Armageddon. Dat zal betekenen dat al het kwaad wordt verwijderd, waarna Satan zelf in de afgrond wordt geworpen en Jehovah God door bemiddeling van zijn Zoon Christus Jezus, die een eeuwige regering op aarde zal vestigen, de overwinning zal behalen. — Dan. 2:44.
Jehovah’s getuigen hebben zich vertrouwd gemaakt met de bijbelse profetieën en verwachten daarom de grote verdrukking en de strijd van Armageddon. Zij doen wat Jezus Christus zei: „Als nu deze dingen beginnen te geschieden, richt u dan rechtop en heft uw hoofd omhoog, omdat uw bevrijding nabijkomt” (Luk. 21:28). Zij zijn vastbesloten net als Habakuk te zijn, die zei: ’Ik wil mij uitbundig verheugen in Jehovah.’ Dit betekent dat zij energiek zullen huppelen van vreugde, zij zullen opspringen als een hinde, zij zullen welgemoed blijven, zij zullen zich verheugen in Jehovah’s triomf. Habakuk vervolgt met te zeggen: „Jehovah, de Soevereine Heer, is mijn vitale kracht; en hij zal mijn voeten maken als die van de hinden, en op mijn hoge plaatsen zal hij mij doen treden” (Hab. 3:19). In deze uiterst moeilijke dagen voor de gehele wereld willen wij beslist dicht bij Jehovah en Zijn organisatie blijven en al het geestelijke voedsel in ons opnemen zodat wij welgemoed kunnen blijven. De enige manier waarop wij dit kunnen doen, is door het verfrissende waarheidswater te drinken (Ps. 42:1). In deze moeilijke tijden moeten wij het vertrouwen hebben dat „God . . . voor ons een toevlucht en sterkte [is], een hulp die gemakkelijk te vinden is in benauwdheden. Daarom zullen wij niet vrezen, al ondergaat de aarde een verandering en al wankelen de bergen en vallen ze in het hart van de uitgestrekte zee”. — Ps. 46:1, 2.
Wij dienen beslist niet ontmoedigd te zijn of te wanhopen of ongeduldig te zijn. Wij weten dat Jehovah zijn werk zal verrichten ook al komt er honger in het land, zoals wordt afgebeeld doordat de vijgeboom niet bloeit. „Toch wil ik . . . mij uitbundig verheugen in Jehovah.” Het is thans geen tijd om door angst in paniek te geraken. Het Hab. 3:18, 19). Wij kunnen ons hierin bij de profeet aansluiten.
is thans geen tijd om voor de aanvallende vijanden te zwichten en ons geloof te verloochenen en niet langer een van Jehovah’s christelijke getuigen te zijn. Het is thans de tijd om te zijn als een hinde, om te springen van vreugde en blij te zijn dat wij Jehovah’s voornemen kennen en zien wat hij doet. Het overblijfsel van de gezalfden en de grote schare „andere schapen” kunnen gezamenlijk inderdaad de houding van Habakuk aannemen. Nadat Habakuk beschreven heeft welk een verschrikkelijke situatie er tijdens het hoogtepunt van de grote verdrukking in Armageddon op aarde zal bestaan, zegt hij: „Toch wil ik, wat mij betreft, mij uitbundig verheugen in Jehovah zelf; ik wil blij zijn in de God van mijn redding. Jehovah, de Soevereine Heer, is mijn vitale kracht; en hij zal mijn voeten maken als die van de hinden, en op mijn hoge plaatsen zal hij mij doen treden” (