De opstanding — Gods liefdevolle voorziening
Lied 185
De opstanding — Gods liefdevolle voorziening
1. De doden worden opgewekt
Als zegen van omhoog.
Door Christus’ offer werd getoond
Dat liefde God bewoog.
Eerst staat de „kleine kudde” op:
De kroon des levens wacht.
Zij waren trouw tot in de dood
En krijgen koningsmacht.
2. Dan wordt de ’wolk getuigen Gods’
Nieuw leven toebedeeld:
Een ’opstanding die beter is’,
Die vroeger lijden heelt.
Ook „and’re schapen” die aan ’t eind
Nog sterven, hopen vast
Dat zij „vroeg” opstaan uit het graf,
Als Jezus dit gelast.
3. Wie rust in het herin’ringsgraf,
Hoort Jezus’ stem: ’Herrijs!’
En met de rover aan de paal,
Wacht hun het Paradijs.
Dan volgt er nog een laatste proef
Na duizend jaar van vree;
Die brengt voor al wie staande blijft,
Gods eeuw’ge zegen mee.
4. Verkondig, „kleine kudde” Gods,
En ook elk ’ander schaap’,
Dat spoedig weerzien moog’lijk is:
De dood is maar een slaap!
Wees rijk in goede werken die
De Heer van u verlangt;
U weet, de dood verhindert niet
Dat u uw loon ontvangt.