De demonen moedigen aan tot opstand tegen God
Maar waarom doen Satan en zijn demonen zo hun best mensen te misleiden? Omdat zij willen dat wij ons bij hen aansluiten in hun opstand. Zij willen dat wij hen aanbidden. Zij willen dat wij hun leugens geloven en dingen beoefenen die Jehovah verfoeit. Bij veel van deze gebruiken zijn gewoonten betrokken die verband houden met de doden.
De dood van een geliefde is een emotioneel pijnlijke ervaring en het is normaal en juist om uiting te geven aan verdriet. Na de dood van zijn vriend Lazarus „liet [Jezus] zijn tranen de vrije loop”. — Johannes 11:35.
Er bestaan in verband met de dood allerlei gewoonten, die over de hele wereld sterk verschillen. Veel van deze gewoonten zijn niet in strijd met bijbelse beginselen. Sommige praktijken zijn echter gebaseerd op de gedachte dat de doden leven en de levenden kunnen zien. Dodenwaken, zware rouw en uitgebreide begrafenisceremoniën zijn alle geworteld in de vrees de geesten van de doden te mishagen. Maar aangezien de doden „zich van helemaal niets bewust” zijn, bevorderen degenen die zulke dingen beoefenen Satans leugen. — Prediker 9:5.
Andere gewoonten of ceremoniën ontstaan uit het geloof dat
de doden hulp van de levenden nodig hebben en de levenden schade zullen berokkenen als deze niets doen om hen gunstig te stemmen. In sommige landen worden gedurende hetzij veertig dagen of een jaar na iemands dood feesten gevierd en offers gebracht. Naar men veronderstelt zullen deze de overledene helpen naar het geestenrijk ’over te gaan’. Nog een algemeen gebruik is, de doden voedsel en drank aan te bieden.Deze dingen zijn verkeerd omdat ze Satans leugens over de doden bevorderen. Zou Jehovah het goedkeuren wanneer wij ons op een of andere manier inlaten met gewoonten die gebaseerd zijn op de leringen van demonen? Nooit! — 2 Korinthiërs 6:14-18.
Dienstknechten van de ware God hebben geen enkel aandeel aan praktijken die Satans leugens steunen. In plaats daarvan concentreren zij zich er liefdevol op de levenden te helpen en te troosten. Zij weten dat wanneer iemand eenmaal is gestorven, alleen Jehovah hem of haar kan helpen. — Job 14:14, 15.
Spiritisme door God veroordeeld
Sommige mensen treden hetzij rechtstreeks of via een menselijk medium in contact met de doden. Dit wordt spiritisme genoemd. Vodou, toverij, magie, waarzeggerij en ondervraging van de doden zijn allemaal vormen van spiritisme.
De bijbel veroordeelt deze praktijken met de woorden: „Er dient onder u niemand te worden gevonden . . . die aan waarzeggerij doet, geen beoefenaar van magie, noch iemand die voortekens zoekt, noch een tovenaar, noch iemand die anderen door een banspreuk bindt, noch iemand die een geestenmedium of beroepsvoorzegger van gebeurtenissen raadpleegt, noch iemand die de doden ondervraagt. Want iedereen die deze dingen doet, is iets verfoeilijks voor Jehovah.” — Deuteronomium 18:10-12.
Waarom waarschuwt Jehovah ons zo krachtig tegen deze praktijken?
Om ons eigen bestwil waarschuwt Jehovah ons tegen alle vormen van spiritisme. Hij houdt van mensen en bekommert zich om hen, en hij weet dat degenen die zich inlaten met demonen, beslist lijden te verduren krijgen.
Een van hen was Nilda, een medium in Brazilië. De demonen bezorgden haar een ellendig leven. Zij vertelt: „De geesten . . . namen bezit van mij en commandeerden mij aan één stuk door. Ik verkeerde afwisselend in een toestand van bewustzijn en bewusteloosheid en werd met psychiatrische problemen in een inrichting opgenomen. De demonen vervolgden mij zozeer dat mijn zenuwen werden aangetast. Ik slikte kalmerende middelen en begon te drinken en constant te roken. Deze toestand hield jarenlang aan.”
Na verloop van tijd kon Nilda zich met de hulp van Jehovah en zijn Getuigen op aarde van demonische invloed losmaken en nu is zij gezond en leidt een rijk leven. Zij zegt: „Ik moedig iedereen aan zich nooit ook maar één ogenblik met [goddeloze] geesten in te laten.”