David: Een voorbeeld voor jongeren
Downloaden:
1. Hij hield van God, en was nog jong.
David bad vaak tot God en zong.
Toen God dat zag, was hij blij
en dacht: ‘Jij zult koning zijn.’
Een beer en leeuw, die hij zo verslagen had.
Hij was niet bang, omdat…
(REFREIN)
David, David, op God vertrouwde hij.
Jehovah hielp hem en was er altijd bij.
Elke keer bid ik weer, net als David deed
en vertrouw op Jehovah, meer en meer.
2. Later toen zag hij vijanden staan.
Ze bespotten Jehovah’s naam.
Hij hoorde wat er werd gezegd
over Jehovah, dat was slecht.
Hij wierp een steen. De reus viel dood meteen.
Hij wist: ik ben echt nooit alleen.
(REFREIN)
David, David, op God vertrouwde hij.
Jehovah hielp hem en was er altijd bij.
Elke keer bid ik weer, net als David deed
en vertrouw op Jehovah, meer en meer.
Elke keer bid ik weer, net als David deed
en vertrouw op Jehovah, meer en meer.