Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

De vikingen — Veroveraars en kolonisators

De vikingen — Veroveraars en kolonisators

De vikingen — Veroveraars en kolonisators

HET was een dag in juni van het jaar 793 G.T. De monniken op het kleine eiland Lindisfarne, ook wel Holy genoemd, voor de kust van Northumberland (Engeland) gingen rustig hun gang, zich onbewust van de ranke, lage schepen die snel over de golven naderden. De schepen gleden het strand op en woest uitziende, gebaarde mannen met zwaarden en bijlen sprongen eruit en renden naar het klooster. Ze overvielen de doodsbange monniken en richtten een grote slachting aan. De overvallers plunderden het goud, het zilver, de juwelen en andere schatten van het klooster. Daarna gingen ze weer de Noordzee op en verdwenen.

De plunderaars waren vikingen en hun brute bliksemaanvallen alarmeerden de inwoners van Europa en luidden het begin in van de vikingtijd. Al gauw joegen de vikingen zo’n angst aan dat in heel Engeland het gebed weerklonk: „Bevrijd ons, o Heer, van de woede van de noormannen.” *

Wie waren deze vikingen? Waarom verschenen ze zo plotseling als uit het niets in de annalen van de geschiedenis om na drie eeuwen prominentie schijnbaar in het niet te verdwijnen?

Boeren en plunderaars

De voorouders van de vikingen waren Germaanse volken die, zo’n 2000 jaar voor de vikingtijd, uit Noordwest-Europa begonnen weg te trekken naar Denemarken, Noorwegen en Zweden — Scandinavië. Net als hun voorvaders waren de vikingen boeren, zelfs degenen die op rooftocht gingen. In de koudere delen van Scandinavië waren ze meer afhankelijk van de jacht, de visserij en de walvisvangst. Vikingkooplieden woonden in grotere nederzettingen en van hier uit bevoeren ze in hun sterke zeilschepen de Europese handelsroutes. Waardoor zou dan zo’n ogenschijnlijk onbeduidend volk in slechts één generatie uitgroeien van onbekend tot berucht?

Eén mogelijkheid is overbevolking, maar veel historici zijn van mening dat dit alleen van toepassing kan zijn geweest op West-Noorwegen waar landbouwgrond schaars is. The Oxford Illustrated History of the Vikings zegt: „Van de eerste generaties vikingen waren de meesten op zoek naar rijkdom, niet naar land.” Dit gold vooral voor de koningen en de hoofdmannen die een aanzienlijk inkomen nodig hadden om hun macht te behouden. Andere vikingen hebben Scandinavië wellicht verlaten om aan familievetes en plaatselijke oorlogen te ontkomen.

Een andere mogelijke factor is het gebruik onder rijke vikingen om meer dan één vrouw te hebben. Als gevolg daarvan hadden ze veel kinderen. Maar gewoonlijk erfde alleen de eerstgeboren zoon het familiebezit, waardoor de jongere kinderen voor zichzelf moesten zorgen. Volgens het boek The Birth of Europe vormden niet-erfgerechtigde zonen „een grote en gevaarlijke elite van krijgers die ongeacht de middelen — hetzij veroveringen in eigen land, hetzij zeeroverij in den vreemde — hun eigen weg in het leven moesten vinden”.

De vikingen hadden het juiste vervoermiddel voor verrassingsaanvallen — het vikingschip. Historici roemen het vikingschip als een van de grootste technologische prestaties van de vroege Middeleeuwen. Deze ranke vaartuigen, die weinig diepgang hadden en met een zeil of roeiriemen werden voortbewogen, maakten de vikingen tot de meesters van elke zee, elk meer en elke rivier binnen hun bereik.

Expansie van de vikingen

Sommige historici zeggen dat de vikingtijd halverwege de achtste eeuw aanbrak, vlak voordat de vikingen Lindisfarne plunderden. Hoe het ook zij, de plundering van Lindisfarne droeg ertoe bij dat men zich bewust werd van de vikingen. Van Engeland gingen ze naar Ierland, waar ze het opnieuw op de schatten van kloosters gemunt hadden. Met hun schepen vol buit en slaven voeren de vikingen naar huis om te overwinteren. Maar in het jaar 840 braken ze met die traditie en overwinterden ze in het door hen geplunderde gebied. De Ierse stad Dublin is in feite ontstaan als een viking-enclave. In 850 begonnen ze ook in Engeland te overwinteren. Hun eerste kamp was op Isle of Thanet, een eiland in de monding van de Theems.

Al gauw arriveerden zowel Deense als Noorse vikingen op de Britse eilanden, niet langer als benden op rooftocht maar als legers in vloten van vikingschepen. Sommige van deze schepen kunnen wel dertig meter lang zijn geweest met misschien wel honderd krijgers aan boord. In de volgende jaren onderwierpen de vikingen Noordoost-Engeland, een gebied dat bekend kwam te staan als Danelaw omdat daar de Deense cultuur en wetten overheersten. In Wessex, in het zuiden van Engeland, slaagden de Saksische koning Alfred en zijn opvolgers er echter in de vikingen op een afstand te houden. Maar in 1016, na een grote slag bij Ashington en de dood van koning Edmond van Wessex later in dat jaar, werd de vikingleider Knut — een belijdend christen — de enige koning van Engeland.

Diep in Europa en verder

In het jaar 799 begonnen Deense vikingen invallen te doen in het toenmalige Friesland — de Europese kuststreek die zich ruwweg uitstrekt van Denemarken tot Nederland. Vandaar roeiden ze rivieren als de Loire en de Seine op en plunderden steden en dorpen diep in het hart van Europa. In 845 werd zelfs Parijs door de vikingen geplunderd. De Frankische koning Karel de Kale betaalde hun 3000 kilo zilver om uit de stad weg te trekken. Maar ze kwamen terug en plunderden zelfs voorbij Parijs tot aan Troyes, Verdun en Toul toe.

De vikingen voeren ook naar Spanje en Portugal, waar voor zover bekend hun eerste aanval in 844 plaatsvond. Ze plunderden verscheidene kleine stadjes en bezetten zelfs tijdelijk Sevilla. „Maar”, zegt de Cultural Atlas of the Viking World, „de Arabische verdedigers boden zo hevig weerstand dat de vikingen snel werden teruggeslagen en hun strijdkracht bijna werd vernietigd.” Niettemin kwamen ze in 859 terug — ditmaal met een vloot van 62 schepen. Na delen van Spanje te hebben leeggeroofd, plunderden ze Noord-Afrika; en ondanks dat hun schepen nu boordevol buit waren, gingen ze verder naar Italië en plunderden Pisa en Lina (voorheen Luna).

Vikingen uit Zweden voeren oostwaarts over de Oostzee naar enkele van de grote waterwegen van Oost-Europa — de Volchov, de Lovat, de Dnepr en de Wolga. Uiteindelijk brachten die hen naar de Zwarte Zee en de rijke landen van het Byzantijnse rijk. Enkele vikingkooplieden bereikten, via de Wolga en de Kaspische Zee, zelfs Bagdad. Uiteindelijk werden de Zweedse hoofdmannen de heersers van de uitgestrekte Slavische gebieden langs de Dnepr en de Wolga. De indringers noemde men de rus, een term waarvan volgens sommigen het woord „Rusland” afkomstig is.

Naar IJsland, Groenland en Newfoundland

De Noorse vikingen richtten zich op veel van de verder gelegen eilanden. Ze bezetten bijvoorbeeld in de achtste eeuw de Orkneys en Shetlands, en in de negende eeuw de Faeröer, de Hebriden en Oost-Ierland. Vikingen hebben zich zelfs op IJsland gevestigd. Daar stelden ze een parlement in — de Althing. De Althing bestaat nog steeds als het bestuurslichaam van IJsland en is de oudste parlementaire assemblee in het westen.

In het jaar 985 stichtte Eric de Rode een kolonie op Groenland. Later dat jaar vertrok Bjarni Herjolfsson, ook een noorman, van IJsland om zich bij zijn ouders op Groenland te voegen. Maar de wind dreef hem uit de koers en hij voer Groenland voorbij. „Bjarni was waarschijnlijk de eerste noorman die Noord-Amerika in zicht kreeg”, zegt de Cultural Atlas of the Viking World.

Op grond van Bjarni’s verslag, en waarschijnlijk na het jaar 1000, voer Leif Ericsson, de zoon van Eric de Rode, westwaarts van Groenland naar Baffineiland en vervolgens langs de kust van Labrador omlaag. Hij kwam bij een landkaap die hij Vinland noemde, naar de wilde druiven of bessen die daar groeiden. * Leif overwinterde daar voordat hij naar Groenland terugging. Het jaar daarop leidde Leifs broer Thorwald een expeditie naar Vinland, maar bij een schermutseling met de oorspronkelijke bewoners werd hij gedood. Een paar jaar later werd in Vinland echter een nederzetting gesticht met tussen de 60 en 160 vikingen, maar wegens de aanhoudende vijandigheid van de oorspronkelijke bevolking bleven ze daar slechts zo’n drie jaar en keerden er nooit meer terug. Bijna 500 jaar gingen voorbij voordat een Italiaanse ontdekkingsreiziger in Engelse dienst, Giovanni Caboto, Noord-Amerika voor Engeland opeiste.

Het einde van de vikingtijd

Aan het einde van hun tijdperk hadden de vikingen een aantal nieuwe politieke staten gecreëerd waarover Scandinavische dynastieën heersten. Maar ze bleven niet lang buitenlanders, want veel vikingen werden uiteindelijk in hun nieuwgevonden cultuur opgenomen, zelfs in religieus opzicht. Vikingleider Rollo bijvoorbeeld, die het deel van het Franse kustgebied veroverde dat Normandië („Land van de noormannen”) is genoemd, bekeerde zich tot het katholicisme. Een van zijn afstammelingen was Willem, hertog van Normandië. Na de slag bij Hastings in 1066, waar afstammelingen van Normandische en Engelse vikingen tegenover elkaar stonden, werd de zegevierende hertog Willem tot koning van Engeland gekroond.

Willem verhinderde onmiddellijk alle verdere Scandinavische invloed in Engeland en introduceerde een nieuw feodaal tijdperk met middeleeuws-Franse stelsels voor bestuur, grondbezit en de economie. Else Roesdahl zegt dan ook in haar boek The Vikings: „Als er één datum gekozen moet worden om het einde van de vikingtijd aan te geven, is het wel 1066.” In de elfde eeuw vond ook de overgang plaats van de oorspronkelijke vikingkoninkrijken in Scandinavië tot onafhankelijke staten.

De drie eeuwen vikinggeschiedenis zitten boordevol actie. Toch doet men de vikingen tekort door hen als louter plunderende barbaren met zwaarden en bijlen af te schilderen. Ze bleken zich ook makkelijk aan te passen door uiteindelijk verre landen te koloniseren en zelfs op te gaan in de plaatselijke culturen. Als boeren betrokken ze permanente woonplaatsen en als regeerders zaten ze op buitenlandse tronen. Ja, de vikingen waren niet alleen vaardig met zeil en zwaard, maar al net zo vaardig met ploeg en politiek.

[Voetnoten]

^ ¶3 Buiten Scandinavië werden de vikingen meestal heidenen, Denen of noormannen genoemd. Aangezien tegenwoordig de meeste historici de term „viking” voor alle Scandinaviërs uit de vikingtijd gebruiken, hebben we in dit artikel voor die term gekozen. De oorsprong van de term „viking” is onduidelijk.

^ ¶20 In L’Anse aux Meadows, op het noordelijkste puntje van Newfoundland, zijn plaggenhutten gereconstrueerd gebaseerd op archeologisch bewijsmateriaal dat daar begin jaren ’60 is gevonden. Dit bewijsmateriaal wijst op de aanwezigheid van de vikingen 1000 jaar geleden, maar men betwijfelt of deze nederzetting deel uitmaakte van het legendarische Vinland. — Zie de Ontwaakt! van 8 juli 1999.

[Kader op blz. 27]

DE RELIGIE VAN DE VIKINGEN

De vikingen aanbaden vele mythologische goden, waaronder Odin, Thor, Freyr, Freyja en Hel. Odin, de god van wijsheid en oorlog, was de hoofdgod. Zijn vrouw was Frigg. Thor was een reuzendoder en heerser over de wind en de regen. Freyr was een immorele god van vrede en vruchtbaarheid. Zijn zuster Freyja was de godin van de liefde en de vruchtbaarheid. Hel was de godin van de onderwereld.

De namen van bepaalde dagen van de week in het Nederlands en ook in enkele andere talen zijn gebaseerd op de Oudnoorse mythologie. Dinsdag is genoemd naar Tyr (Tiwaz), de zoon van Odin (Wodan); woensdag is Wodans dag; donderdag is de dag van Thor (Donar); en vrijdag Friggs dag.

Net als hun aanbidders, zouden de vikinggoden hun rijkdom door diefstal, brutaliteit en bedrog verkregen hebben. Wodan beloofde degenen die een heldendood stierven een plaatsje in het hemelse rijk Asgard (een woonplaats voor de goden), in de grote hal van Walhalla. Daar konden ze naar hartelust fuiven en vechten. Vikingen begroeven hun edelen vaak met een schip of met stenen die in de vorm van een schip waren gelegd. Voedsel, wapens, sieraden, geslachte dieren en misschien zelfs een geofferde slaaf werden ook begraven. De hofdame van een koningin werd soms met haar begraven.

De gehoornde helm die vaak met de vikingen wordt geassocieerd stamt al van ruim 1000 jaar vóór de vikingtijd en werd kennelijk alleen bij officiële gelegenheden gedragen. Als vikingkrijgers het al verkozen een helm te dragen, dan waren dat eenvoudige kegelvormige helmen van metaal of leer.

[Kaart op blz. 26]

(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)

EXPANSIE VAN DE VIKINGEN

NOORWEGEN

IJSLAND

GROENLAND

Baffineiland

Labrador

Newfoundland

DENEMARKEN

ENGELAND

IERLAND

NEDERLAND

FRANKRIJK

PORTUGAL

SPANJE

AFRIKA

ITALIË

ZWEDEN

RUSLAND

Kaspische Zee

Bagdad

OEKRAÏNE

Zwarte Zee

Istanbul

[Verantwoording]

Mountain High Maps® Copyright © 1997 Digital Wisdom, Inc.

[Illustratie op blz. 24]

Een replica van een vikingschip

[Verantwoording]

Pages 2 and 24: Antonion Otto Rabasca, Courtesy of Gunnar Eggertson

[Illustraties op blz. 25]

Oorlogswapens van de vikingen

Een vikinghelm

[Verantwoording]

War implements and helmet: Artifacts on display at the Museum of National Antiquities, Stockholm, Sweden

[Illustratie op blz. 27]

Leif Ericsson