Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Tapiocaflensjes — Een Braziliaanse delicatesse

Tapiocaflensjes — Een Braziliaanse delicatesse

Tapiocaflensjes — Een Braziliaanse delicatesse

Door een Ontwaakt!-medewerker in Brazilië

IN Brazilië kan tapioca betrekking hebben op een aantal verschillende producten die uit de cassaveplant worden bereid. Een daarvan is een soort plat brood dat een beetje lijkt op een dunne pannenkoek en vaak een tapiocaflensje wordt genoemd. Het is gemaakt van fijn zetmeel, dat bekendstaat als polvilho doce of goma, afkomstig van de vlezige wortelknollen van de cassaveplant.

Als de wortelknollen worden geraspt en geperst, scheiden ze een melkwitte vloeistof af waaruit men de vaste stoffen laat bezinken. Dan wordt de vloeistof weggegooid, waarna men de vaste stoffen, het meel, in de zon laat drogen.

Voor de indianen was tapioca een belangrijk voedingsmiddel. Later bemerkten Portugese kolonisten dat tapioca een goede vervanging was voor brood. Maar pas een paar jaar geleden hebben enkele inventieve Braziliaanse chef-koks tapioca ’ontdekt’ en besloten er een trendy gerecht van te maken dat inmiddels op de menukaart van hun restaurants prijkt.

Om een kritischer publiek een plezier te doen, hebben de creatieve koks een oud en geliefd flensjesgerecht in een nieuw jasje gestoken. Tegenwoordig zijn de tapiocaflensjes een groot succes en een verrijking van de Braziliaanse keuken. Er zijn heel wat gerenommeerde restaurants die hun faam aan de flensjes te danken hebben.

Waarom zou u deze flensjes zelf niet eens proberen te maken? Ze zullen vast in de smaak vallen bij uw gezin en vrienden. Bovendien zullen ze het leuk vinden eens iets nieuws te proeven!

[Kader/Illustratie op blz. 24]

Recept voor tapiocaflensjes

Ingrediënten voor acht flensjes:

350 gram polvilho doce, 0,3 liter water en wat zout.

Bereiding: Doe de polvilho doce en het zout in een schaal, sprenkel er water overheen en meng dit met uw vingers. Voeg geleidelijk het water toe terwijl u het mengsel tussen uw handen blijft wrijven totdat het kruimelig is en u er een bal van kunt maken die niet aan uw handen blijft kleven. Druk de bal vervolgens door een zeef. Nu kunnen er flensjes van worden gemaakt.

Zet een kleine koekenpan met antiaanbaklaag op een niet al te hoog vuur. Doe een achtste van het mengsel in de pan en verdeel het gelijkmatig met de bolle kant van een lepel. Laat het twee tot vier minuten bakken, of net zolang tot het mengsel aan elkaar kleeft en er een platte koek ontstaat die aan de rand van de pan loslaat. Draai de koek om met een kunststof spatel en bak de andere kant één minuut. Herhaal dit proces met de rest van het mengsel. Leg de flensjes die klaar zijn op elkaar.

U kunt verschillende vullingen gebruiken. Voor het ontbijt kunt u de nog warme flensjes met boter besmeren en met twee grote eetlepels vers geraspte kokos bestrooien. U kunt ook gezoete koffiemelk over de flensjes gieten, ze met kokos bestrooien en dan dubbelgevouwen serveren.

[Illustratie op blz. 24]

Cassavewortelknollen

[Illustratie op blz. 24]

Een tapiocaflensje gevuld met kokos en koffiemelk