De ijsduiker: Een vogel met een uniek geluid
WIE ooit de spookachtige roep van de ijsduiker gehoord heeft, zal die waarschijnlijk niet snel vergeten. Deze roep, die typerend is voor de wildernis, is over grote afstand te horen op afgelegen meren en rivieren in Canada, Europa en het noorden van de Verenigde Staten.
De ijsduiker is een mooie vogel die het symbool is van de staat Minnesota. In Canada wordt hij afgebeeld op de ééndollarmunt. Maar de ijsduiker is een trekvogel: in de winter trekt hij naar zuidelijker gelegen gebieden aan de kust. Wat is er zo uniek aan het geluid dat hij maakt?
Huilen, loeien, lachen en jodelen
Het vocale vermogen van de ijsduiker is indrukwekkend. Zijn klagende gehuil kan ’s avonds en ’s nachts op kilometers afstand gehoord worden. Een minder doordringend geluid is het loeien. Dat doet de vogel om te communiceren met zijn partner, jongen en andere ijsduikers op hetzelfde meer. Zijn gelach is een alarmsignaal en wordt wel beschreven als „de lach van een krankzinnige”. Dit geluid maakt de ijsduiker alleen als hij vliegt.
Het jodelen is een geluid dat alleen gemaakt wordt door de mannetjes. Het wordt „kennelijk gebruikt om het territorium te verdedigen”, zegt het tijdschrift BirdWatch Canada. Elk mannetje heeft zijn eigen kenmerkende jodelgeluid, en „hoe zwaarder de ijsduiker, hoe lager de toon”. Bovendien zal „een mannetje dat van territorium verandert ook anders gaan jodelen” en „zijn geluid zo veel mogelijk laten verschillen van dat van zijn voorganger”, aldus het tijdschrift.
Mooi, behendig en onbeholpen
De ijsduiker heeft een iriserend zwartgroene kop, rode ogen en een lange, puntige zwarte snavel. Zijn verenkleed verandert met het seizoen.
Dankzij zijn grote poten met zwemvliezen is de ijsduiker een efficiënte visser, een goede zwemmer en een behendige duiker. Hij kan duiken tot een diepte van zo’n zestig meter en blijft soms minutenlang onder water.
Opstijgen en landen zijn niet bepaald zijn sterkste punten. Omdat hij zo zwaar is, heeft hij een startbaan nodig om op te stijgen. Soms rent hij honderden meters klapwiekend over het water voordat het uiteindelijk lukt. Daarom houdt de ijsduiker van grote wateroppervlakten. Bij de landing komt hij met hoge snelheid en met naar achteren gestrekte poten aanvliegen, alsof zijn ’landingsgestel’ hapert. Dan ploft hij met zijn buik op het water en glijdt door totdat hij tot stilstand komt.
Hoewel hij uitstekend is toegerust om te zwemmen, is het voor hem lastig om te staan en te lopen. Dat komt doordat zijn grote poten met zwemvliezen zo ver naar achteren staan. Een ijsduiker maakt zijn nest dan ook het liefst op een plek waar hij makkelijk het water in kan glijden.
Het mannetje en vrouwtje broeden bij toerbeurt. Het nest bestaat meestal uit twee eieren, die olijfgroen zijn en donkere camouflagevlekken hebben. De kuikens kruipen na gemiddeld 29 dagen uit het ei en kunnen na twee dagen al zwemmen en zelfs kort duiken. Als ze moe worden, liften ze gewoon mee op de rug van vader of moeder. Na twee of drie maanden kunnen de jongen vliegen en verlaten ze hun ouders.
De vijanden van de ijsduiker zijn onder andere arenden, meeuwen, wasberen en vooral mensen. Sommige vogels worden vergiftigd door visloodjes en olielekkages. Watervervuiling en zure regen zorgen voor een afname in de visstand, waardoor de ijsduiker minder voedsel kan vinden. Zijn nest wordt soms overspoeld door golven van langsvarende boten. En het komt ook voor dat deze schuwe vogel uit zijn broedgebied verjaagd wordt door bouwprojecten.
Toch gaat het nog steeds goed met de ijsduikerpopulatie. Vogelliefhebbers zullen dan ook nog jarenlang kunnen genieten van deze schitterende vogel met zijn onnavolgbare geluid en vermakelijke gedrag.