Gods naam gezuiverd van blaam
Koninkrijksverkondigers brengen verslag uit
Gods naam gezuiverd van blaam
GODS Woord, de bijbel, zegt: „Bewaart een voortreffelijk gedrag onder de natiën, opdat zij in datgene waarin zij ten nadele van u spreken als over boosdoeners, ten gevolge van uw voortreffelijke werken, waarvan zij ooggetuigen zijn, God mogen verheerlijken op zijn inspectiedag” (1 Petrus 2:12). Ware christenen trachten daarom een voortreffelijk gedrag te bewaren om te vermijden blaam op Jehovah’s naam te werpen.
In Senanga, een afgelegen deel van Zambia, werd uit het huis van een schoolonderwijzer een radio gestolen. Omdat Jehovah’s Getuigen in dat gebied hadden gepredikt, beschuldigde de man hen van de diefstal. Hij rapporteerde de zaak aan de politie waarbij hij beweerde dat de Getuigen de daders waren. Als bewijs dat de Getuigen bij hem thuis waren geweest, toonde hij een traktaat dat hij op de grond had gevonden. De politie weigerde echter hem te geloven. Ze gaven hem het advies de kwestie grondiger te onderzoeken.
De Getuigen die op de bewuste dag in de buurt van de onderwijzer hadden gewerkt, kregen van het lichaam van ouderlingen de aanmoediging naar de onderwijzer toe te gaan en de kwestie te bespreken. Enkele broeders gingen naar hem toe, spraken met hem en legden uit dat ze Jehovah’s naam van blaam wilden zuiveren. Tijdens hun gesprek vertelden ze hem dat ze in zijn huis een jongen hadden ontmoet aan wie ze een traktaat hadden gegeven. Op grond van hun beschrijving wist de onderwijzer wie de jongen was. Ze hoorden zelfs bij dezelfde kerk. De onderwijzer sprak met de jongen, maar hij ontkende de beschuldiging. Vervolgens besprak de onderwijzer de kwestie met de ouders van de jongen en ging weer naar huis. Binnen het uur kwam de moeder van de jongen terug met de gestolen radio.
De onderwijzer, die nu wroeging had, ging naar het lichaam van ouderlingen toe en vroeg om vergeving voor zijn valse beschuldiging. De ouderlingen aanvaardden zijn excuses maar vroegen hem de uitkomst openbaar te maken zodat iedereen zou weten dat de Getuigen onschuldig waren. Er werd op school een mededeling gedaan, waardoor Jehovah’s naam van blaam werd gezuiverd. Jehovah’s Getuigen kunnen ongehinderd in het gebied blijven prediken.
[Kaarten/Illustratie op blz. 19]
(Zie publicatie voor volledig gezette tekst)
AFRIKA
Zambia
[Verantwoording]
Mountain High Maps® Copyright © 1997 Digital Wisdom, Inc.