Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Wat betekent de opstandingshoop voor ons?

Wat betekent de opstandingshoop voor ons?

Wat betekent de opstandingshoop voor ons?

„Gij opent uw hand en verzadigt de begeerte van al wat leeft.” — PSALM 145:16.

1-3. Welke hoop hebben sommigen voor de toekomst? Illustreer dat.

SAMEN met hun oom, tante en twee neven hadden de negenjarige Christopher en zijn broer die ochtend in het kader van hun christelijke bediening van huis tot huis mensen bezocht in de buurt van het Engelse Manchester. In ons zustertijdschrift, Ontwaakt!, werd verteld wat er daarna gebeurde. „’s Middags vertrokken zij voor een uitstapje naar Blackpool, een nabijgelegen druk bezochte kustplaats. Zij behoorden alle 6 tot de 12 mensen die op slag werden gedood bij een verkeersongeluk dat door de politie werd beschreven als ’een vreselijke slachting’.”

2 Op de avond voor de tragedie had het gezin de gemeenteboekstudie bijgewoond, waar het onderwerp dood was besproken. „Christopher was altijd een jongen die diep nadacht”, vertelde zijn vader. „Die avond sprak hij onbeschroomd over een nieuwe wereld en zijn hoop voor de toekomst. Wat later tijdens de bespreking zei Christopher plotseling: ’Wat ik zo mooi vind van een van Jehovah’s Getuigen zijn is, dat hoewel de dood pijn doet, wij weten dat wij elkaar eens op aarde terug zullen zien.’ Geen van ons kon toen vermoeden hoe gedenkwaardig die woorden zouden worden.” *

3 Jaren daarvoor, in 1940, wist Franz, een Oostenrijkse Getuige, dat hem de guillotine wachtte wegens zijn weigering Jehovah ontrouw te zijn. Franz schreef vanuit een Berlijnse strafinrichting aan zijn moeder: „Naar mijn weten zou ik, als ik de [krijgs]eed had afgelegd, een doodzonde hebben begaan. Dan zou ik slecht af zijn. Ik zou geen opstanding krijgen. . . . En nu, mijn lieve Moeder en al mijn broers en zussen, vandaag heb ik mijn vonnis gehoord, en wees niet verschrikt, het is het doodvonnis, en ik zal morgenochtend worden geëxecuteerd. God heeft mij gesterkt, zoals altijd met alle ware christenen in het verleden het geval is geweest. . . . Als u standvastig blijft tot de dood, zullen wij elkaar in de opstanding weerzien. . . . Tot weerziens.” *

4. Wat doen de hier vertelde ervaringen ons, en wat gaan we nu bespreken?

4 De opstandingshoop betekende veel voor zowel Christopher als Franz. Ze was reëel voor hen. Het kan niet anders of deze verslagen raken ons hart! Laten we, om onze waardering voor Jehovah te verdiepen en onze hoop op de opstanding te versterken, nagaan waarom de opstanding plaats zal vinden en welke uitwerking dat op ons persoonlijk moet hebben.

Een visioen van de aardse opstanding

5, 6. Wat onthult het visioen van de apostel Johannes dat in Openbaring 20:12, 13 opgetekend staat?

5 In een visioen van gebeurtenissen tijdens de duizendjarige regering van Christus Jezus zag de apostel Johannes de aardse opstanding plaatsvinden. „Ik zag de doden, de groten en de kleinen”, schreef hij. „En de zee gaf de doden in haar op, en de dood en Hades gaven de doden in hen op” (Openbaring 20:12, 13). Ongeacht hun rang of stand — of ze nu ’groot’ zijn of ’klein’ — iedereen die gevangen wordt gehouden in Hades (Sjeool), het gemeenschappelijke graf van de mensheid, zal vrijgelaten worden. Ook degenen die op zee gestorven zijn, zullen dan tot het leven terugkeren. Die wonderbaarlijke gebeurtenis is een onderdeel van Jehovah’s voornemen.

6 Aan het begin van zijn duizendjarige regering zal Christus Satan binden en in de afgrond werpen. Geen van degenen die uit de opstanding zijn gekomen en geen van de overlevenden van de grote verdrukking zal tijdens die regering door Satan misleid worden, want hij zal inactief zijn (Openbaring 20:1-3). Duizend jaar kunnen ons een hele tijd toeschijnen, maar Jehovah beziet ze in feite „als één dag”. — 2 Petrus 3:8.

7. Wat zal de basis zijn voor het oordeel tijdens Christus’ duizendjarige regering?

7 Volgens het visioen zal Christus’ duizendjarige regering een oordeelstijd zijn. De apostel Johannes schreef: „Ik zag de doden, de groten en de kleinen, voor de troon staan, en er werden boekrollen geopend. Maar er werd een andere boekrol geopend; het is de boekrol des levens. En de doden werden geoordeeld op grond van de dingen die in de boekrollen geschreven stonden, overeenkomstig hun daden. . . . En zij werden ieder afzonderlijk geoordeeld overeenkomstig hun daden” (Openbaring 20:12, 13). Let wel: de basis voor dit oordeel is niet wat iemand al dan niet voor zijn dood gedaan heeft (Romeinen 6:7). Nee, het oordeel houdt verband met „boekrollen” die nog geopend moeten worden. Op basis van dat wat iemand doet nadat hij heeft vernomen wat er in de boekrollen staat, zal bepaald worden of zijn naam in „de boekrol des levens” geschreven wordt.

„Een opstanding des levens” of „een opstanding des oordeels”

8. Welke twee mogelijke uitkomsten zullen er zijn voor degenen die een opstanding krijgen?

8 Eerder in Johannes’ visioen wordt gezegd dat Jezus „de sleutels van de dood en van Hades” heeft (Openbaring 1:18). Hij is Jehovah’s „Voornaamste Bewerker van het leven”, gemachtigd om „de levenden en de doden” te oordelen (Handelingen 3:15; 2 Timotheüs 4:1). Hoe zal hij dat doen? Door degenen die in de dood slapen weer tot leven te brengen. „Verwondert u hierover niet,” zei Jezus tegen de menigten tot wie hij predikte, „want het uur komt waarin allen die in de herinneringsgraven zijn, zijn stem zullen horen en te voorschijn zullen komen.” Hij voegde eraan toe: „Zij die goede dingen hebben gedaan, tot een opstanding des levens, zij die verachtelijke dingen hebben beoefend, tot een opstanding des oordeels” (Johannes 5:28-30). Welke toekomst wacht getrouwe mannen en vrouwen uit de oudheid dus?

9. (a) Waar zullen velen ongetwijfeld achter komen wanneer ze terugkomen in de opstanding? (b) Welk reusachtige onderwijzingswerk zal er verricht worden?

9 Als deze getrouwen uit de oudheid in de opstanding terugkomen, zullen ze al snel ontdekken dat de beloften waarop ze vertrouwden, verwezenlijkt zijn. Wat zullen ze geïnteresseerd zijn in de identiteit van het Zaad van Gods vrouw waarvan in de eerste profetie in de bijbel, in Genesis 3:15, melding wordt gemaakt! Wat zullen ze blij zijn te horen dat die beloofde Messias, Jezus, zich tot de dood getrouw heeft betoond en zo zijn leven heeft gegeven als een loskoopoffer! (Mattheüs 20:28) Degenen die hen na hun opstanding welkom heten, zullen het schitterend vinden hen te helpen begrijpen dat die losprijsvoorziening een uiting is van Jehovah’s onverdiende goedheid en barmhartigheid. Als degenen die zijn opgewekt, ontdekken wat Gods koninkrijk allemaal tot stand brengt ter vervulling van Jehovah’s voornemen met de aarde, zal hun hart ongetwijfeld overvloeien van lof voor Jehovah. Ze zullen volop in de gelegenheid zijn hun gehechtheid aan hun liefdevolle hemelse Vader en zijn Zoon te tonen. Iedereen die dan leeft, zal het heerlijk vinden een aandeel te hebben aan het reusachtige werk dat dan gedaan moet worden: het onderwijzen van de miljarden mensen die uit het graf terugkomen en ook Gods losprijsvoorziening zullen moeten aanvaarden.

10, 11. (a) Welke mogelijkheden zal Christus’ duizendjarige regering iedereen op aarde bieden? (b) Welke uitwerking zou dat op ons moeten hebben?

10 De opgestane Abraham zal het heel vertroostend vinden in het echt te ervaren hoe het is om onder de heerschappij te leven van de „stad” waar hij naar uitzag (Hebreeën 11:10). Wat zal de getrouwe Job uit de oudheid gelukkig zijn als hij hoort dat zijn levenswandel andere dienstknechten van Jehovah die op hun rechtschapenheid beproefd werden, gesterkt heeft! En wat zal Daniël nieuwsgierig zijn naar de vervulling van de profetieën die hij onder inspiratie optekende!

11 Iedereen die leven verwerft in de rechtvaardige nieuwe wereld, hetzij door een opstanding of doordat hij de grote verdrukking overleeft, zal beslist veel moeten leren over Jehovah’s voornemen met de aarde en haar bewoners. Het vooruitzicht eeuwig te leven en Jehovah tot in alle eeuwigheid te loven, zal het onderwijsprogramma tijdens Christus’ duizendjarige regering zeer aangenaam maken. Maar dat wat we individueel doen als we de inhoud van de boekrollen leren kennen, zal het zwaarst wegen. Zullen we dat wat we leren in praktijk brengen? Zullen we mediteren over de belangrijke informatie die ons de kracht zal geven om weerstand te bieden aan Satans laatste poging om ons van de waarheid af te brengen, en die informatie ter harte nemen?

12. Wat zal iedereen helpen volop deel te nemen aan zowel het onderwijzingswerk als het veranderen van de aarde in een paradijs?

12 Laten we ook de schitterende zegeningen niet vergeten die zullen voortvloeien uit de aanwending van de voordelen van Christus’ loskoopoffer. Degenen die in de opstanding weer tot leven komen, zullen niet de kwalen of handicaps hebben waarmee mensen nu kampen (Jesaja 33:24). Met een gezond lichaam en het vooruitzicht op een volmaakte gezondheid zullen alle bewoners van de nieuwe wereld in staat zijn volop deel te nemen aan een onderwijzingswerk; ze zullen de miljarden mensen die uit de opstanding komen in de weg des levens onderrichten. Die bewoners zullen ook deelnemen aan het grootste project dat ooit op aarde ter hand is genomen: de hele planeet in een paradijs tot lof van Jehovah veranderen.

13, 14. Met welk doel wordt Satan losgelaten bij de laatste beproeving, en welke uitkomst behoort voor ons persoonlijk tot de mogelijkheden?

13 Als Satan voor de laatste beproeving uit de afgrond wordt losgelaten, zal hij de mensheid nogmaals proberen te misleiden. Volgens Openbaring 20:7-9 zullen alle ’misleide naties’, of groepen mensen die geen stand houden onder Satans goddeloze invloed, tot de vernietiging veroordeeld worden: ’Er zal vuur uit de hemel neerdalen en hen verslinden.’ Voor degenen onder hen die tijdens het Duizendjarig Rijk een opstanding hebben ontvangen, zal die vernietiging hun opstanding tot „een opstanding des oordeels” of „ter veroordeling” maken. De uit de doden opgewekte personen die hun rechtschapenheid bewaren daarentegen, zullen de gave van eeuwig leven ontvangen. Hun opstanding zal echt „een opstanding des levens” zijn. — Johannes 5:29.

14 Hoe kan de opstandingshoop nu al een troost voor ons zijn? Belangrijker nog, wat moeten we doen om er zeker van te zijn dat we in de toekomst de voordelen van de opstanding zullen ontvangen?

Lessen die we nu moeten leren

15. Hoe kan het geloof in de opstanding nu een hulp zijn?

15 Sommigen van ons hebben onlangs een van hun dierbaren in de dood verloren en kampen misschien met de grote verandering die zo’n zwaar verlies met zich meebrengt. De opstandingshoop helpt ons een innerlijke rust en kracht te verwerven die personen die de waarheid niet kennen, niet bezitten. „Wij [willen] niet dat gij onwetend zijt betreffende hen die in de dood slapen, opdat gij niet bedroefd zijt gelijk de overigen, die geen hoop hebben” (1 Thessalonicenzen 4:13). Zien we onszelf als bewoners van de nieuwe wereld, die getuige zullen zijn van de opstanding? Laten we mediteren over het vooruitzicht onze dierbaren terug te zien en daar troost uit putten.

16. Wat zou er heel goed door ons heen kunnen gaan als de opstanding plaatsvindt?

16 Het kan zijn dat we op het moment de lichamelijke gevolgen van Adams opstand ondervinden, misschien in de vorm van een slechte gezondheid. Vergeet door de zorgen en het verdriet daarover niet het vreugdevolle vooruitzicht persoonlijk de opstanding mee te maken en in de nieuwe wereld weer tot leven te komen, blakend van gezondheid en energie. Als onze ogen dan opengaan en we blijde gezichten zien die ons dolgraag deelgenoot maken van hun vreugde over onze opstanding, zullen we God vast en zeker danken voor zijn liefderijke goedheid.

17, 18. Welke twee belangrijke lessen moeten we ter harte nemen?

17 Sta intussen eens stil bij twee lessen die we ter harte moeten nemen. Een ervan is dat het heel belangrijk is Jehovah nu onverdeeld te dienen. In navolging van onze Meester, Christus Jezus, geven we met ons leven van zelfopoffering blijk van liefde voor Jehovah en onze medemensen. Als tegenstand of vervolging ons beroven van onze vrijheid of onze middelen van bestaan, nemen we ons stellig voor vast in het geloof te blijven ongeacht de beproevingen waarmee we geconfronteerd worden. Zouden tegenstanders ons met de dood bedreigen, dan troost de opstandingshoop ons en schenkt ze ons de kracht om loyaal te blijven aan Jehovah en zijn koninkrijk. Ja, door onze ijver voor de Koninkrijksprediking en het maken van discipelen behouden we het vooruitzicht op de eeuwige zegeningen die Jehovah voor de rechtvaardigen in petto heeft.

18 Een tweede les houdt verband met onze kijk op verleidingen die veroorzaakt worden door het gevallen vlees. Onze kennis van de opstandingshoop en onze waardering voor Jehovah’s onverdiende goedheid sterken ons in ons besluit om vast in het geloof te blijven. „Hebt de wereld niet lief noch de dingen in de wereld”, waarschuwde de apostel Johannes. „Indien iemand de wereld liefheeft, is de liefde van de Vader niet in hem; want alles wat in de wereld is — de begeerte van het vlees en de begeerte der ogen en het opzichtige geuren met de middelen voor levensonderhoud die men heeft — spruit niet voort uit de Vader, maar uit de wereld. De wereld gaat bovendien voorbij en ook haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid” (1 Johannes 2:15-17). Wat de wereld in de vorm van geld en bezit te bieden heeft, heeft weinig aantrekkingskracht voor ons als we het vergelijken met „het werkelijke leven” (1 Timotheüs 6:17-19). Komen we in de verleiding immoraliteit te bedrijven, dan zullen we daar krachtig weerstand aan bieden. We beseffen dat als we zouden volharden in gedrag dat Jehovah mishaagt en we voor Armageddon zouden sterven, dat ons in dezelfde positie zou kunnen brengen als degenen die niet het vooruitzicht op een opstanding hebben.

19. Welk onschatbare voorrecht mogen we niet vergeten?

19 Bovenal mogen we nooit vergeten dat we het onschatbare voorrecht hebben Jehovah’s hart nu en in alle eeuwigheid te verheugen (Spreuken 27:11). Door tot de dood getrouw te blijven of tot het einde van dit goddeloze samenstel van dingen onze rechtschapenheid te bewaren, laten we Jehovah zien aan wiens kant van de strijdvraag inzake de universele soevereiniteit we staan. Wat een vreugde zal het dan zijn om in het aardse paradijs te leven, hetzij doordat we de grote verdrukking overleven of dankzij een wonderbare opstanding!

Onze wensen vervuld

20, 21. Wat zal ons zelfs als we onbeantwoorde vragen over de opstanding hebben, helpen om getrouw te blijven? Leg dat uit.

20 Bij onze bespreking van de opstanding zijn enkele vragen onbeantwoord gebleven. Welke regelingen zal Jehovah treffen voor degenen die getrouwd waren toen ze stierven? (Lukas 20:34, 35) Zullen de opstandingen plaatsvinden in het gebied waar de mensen zijn gestorven? Zullen degenen die worden opgewekt dicht bij hun familie tot het leven terugkeren? Er resten nog heel wat meer vragen over de regelingen voor de opstanding. Maar we moeten de woorden van Jeremia in gedachte houden: „Goed is Jehovah voor wie op hem hoopt, voor de ziel die hem blijft zoeken. Goed is het dat men wacht, ja, in stilheid, op de redding van Jehovah” (Klaagliederen 3:25, 26). Op Jehovah’s bestemde tijd zal dat allemaal tot onze volle tevredenheid onthuld worden. Waarom kunnen we daar zeker van zijn?

21 Sta eens stil bij de geïnspireerde woorden van de psalmist toen hij over Jehovah zong: „Gij opent uw hand en verzadigt de begeerte van al wat leeft” (Psalm 145:16). Naarmate we ouder worden, veranderen onze wensen. Waar we op hoopten toen we kinderen waren, is iets anders dan wat we nu zouden wensen. Onze kijk op het leven wordt beïnvloed door wat we meemaken en door onze verwachtingen. Maar welke gepaste wensen we ook mogen koesteren in de nieuwe wereld, Jehovah zal ze beslist vervullen.

22. Waarom hebben we alle reden om Jehovah te loven?

22 Voor elk van ons komt het er nu op aan getrouw te zijn. „Wat . . . van beheerders wordt verwacht is, dat elkeen getrouw wordt bevonden” (1 Korinthiërs 4:2). We zijn beheerders van het schitterende goede nieuws van Gods koninkrijk. De ijver waarmee we dit goede nieuws aan allen die we ontmoeten bekendmaken, draagt ertoe bij dat we voor het leven in aanmerking blijven komen. Vergeet nooit dat „tijd en onvoorziene gebeurtenissen” ons allen treffen (Prediker 9:11). Behoud de prachtige hoop op de opstanding; het helpt ons alle onnodige bezorgdheid als gevolg van de onzekerheden van het leven tegen te gaan. Mocht het erop lijken dat we voor het begin van Christus’ duizendjarige regering zullen sterven, weet dan dat we troost kunnen putten uit de zekerheid dat er verlichting komt. Op Jehovah’s tijd zullen we kunnen instemmen met Jobs woorden tot de Schepper: „Gij zult roepen, en ikzelf zal u antwoorden.” Geloofd zij Jehovah, die er vurig naar verlangt al degenen die zich in zijn herinnering bevinden, tot het leven terug te brengen! — Job 14:15.

[Voetnoten]

^ ¶2 Zie de Ontwaakt! van 8 juli 1988, blz. 10, uitgegeven door Jehovah’s Getuigen.

Hoe was het ook weer?

• Op basis waarvan zullen mensen tijdens het Duizendjarig Rijk geoordeeld worden?

• Waarom zullen sommigen „een opstanding des levens” en anderen „een opstanding des oordeels” krijgen?

• Hoe kan de opstandingshoop ons nu troost verschaffen?

• Hoe helpen de woorden van Psalm 145:16 ons om met onbeantwoorde vragen over de opstanding om te gaan?

[Studievragen]

[Illustraties op blz. 21]

Hoe kan het geloof in de opstanding ons nu helpen?