1-2. (a) Welke opdracht kregen drie apostelen te horen, en hoe hebben ze daarop gereageerd? (b) Waar gaat dit artikel over?

 NA HET Pascha van het jaar 32 kregen Petrus, Jakobus en Johannes een bijzonder visioen te zien. Op een hoge berg, mogelijk een uitloper van de Hermon, veranderde Jezus voor hun ogen van gedaante. ‘Zijn gezicht straalde als de zon en zijn kleren glansden als het licht’ (Matth. 17:1-4). Tegen het eind van het visioen hoorden de apostelen God zeggen: ‘Dit is mijn geliefde Zoon, die ik heb goedgekeurd. Luister naar hem’ (Matth. 17:5). De drie apostelen hebben door hun levenswijze bewezen dat ze inderdaad naar Jezus hebben geluisterd. Wij proberen hun voorbeeld te volgen.

² Zoals we in het vorige artikel hebben gezien betekent naar Jezus’ stem luisteren dat je bepaalde dingen niet meer doet. In dit artikel gaan we kijken naar twee dingen die je volgens Jezus wel moet doen.

3. Wat moeten we volgens Mattheüs 7:13, 14 doen?

³ Lees Mattheüs 7:13, 14. Merk op dat Jezus het over twee verschillende poorten had die naar twee verschillende wegen leiden: een ‘wijde’ weg en een ‘smalle’ weg. Er is geen derde weg. Iedereen moet zelf een weg kiezen. Dat is de belangrijkste beslissing die je ooit zult nemen. Je eeuwige leven hangt ervan af.

4. Hoe zou je de ‘wijde’ weg beschrijven?

 ⁴ Houd in gedachte wat het verschil is tussen de twee wegen. De ‘wijde’ weg is populair omdat hij makkelijk te begaan is. Helaas kiezen veel mensen ervoor op die weg te blijven en de massa te volgen. Ze beseffen niet dat het Satan de Duivel is die deze weg promoot en dat zijn weg een doodlopende weg is (1 Kor. 6:9, 10; 1 Joh. 5:19).

5. Wat hebben velen gedaan om de ‘smalle’ weg te vinden en die te gaan volgen?

⁵ De andere weg is juist ‘smal’, en Jezus zei dat maar weinig mensen hem kunnen vinden. Het is interessant dat Jezus zijn volgelingen meteen hierna waarschuwt voor valse profeten (Matth. 7:15). Volgens sommige tellingen zijn er duizenden religies. De meeste daarvan beweren dat ze de waarheid leren. Miljoenen mensen zijn zo ontmoedigd of verblind door die religieuze verwarring dat ze niet eens proberen de weg naar het leven te vinden. Maar die weg is te vinden. Jezus zei: ‘Als je vasthoudt aan mijn woorden, dan ben je echt mijn discipel. Dan zul je de waarheid kennen en de waarheid zal je vrijmaken’ (Joh. 8:31, 32). Het is te prijzen dat jij niet de massa volgt maar de waarheid hebt gezocht. Je hebt een intensieve studie van de Bijbel gemaakt om te weten wat God van ons verwacht. En je hebt geluisterd naar wat Jezus onderwees. Je hebt geleerd dat Jehovah wil dat je de leringen van valse religies verwerpt en stopt met vieringen waarvan de oorsprong of gebruiken heidens zijn. Je bent er ook achter gekomen dat het een uitdaging kan zijn te doen wat Jehovah van je vraagt en te breken met dingen die hij afkeurt (Matth. 10:34-36). Misschien was het niet eenvoudig de nodige veranderingen door te voeren. Maar je hebt volgehouden omdat je van je hemelse Vader houdt en hem gelukkig wilt maken. Wat moet hij blij met je zijn! (Spr. 27:11)

6. Wat kan ons volgens Psalm 119:9, 10, 45, 133 helpen op de smalle weg te blijven?

⁶ Als je eenmaal op de smalle weg zit, wat kan je dan helpen erop te blijven? Denk eens aan de vangrails langs een smalle bergweg. Die dienen ter bescherming van de voertuigen die op de weg rijden. Ze zijn gemaakt om te voorkomen dat mensen te dicht bij de rand komen of van de weg af rijden. Weinig mensen zullen klagen dat die vangrails te beperkend zijn! Jehovah’s normen in de Bijbel zijn net als die vangrails. Ze zijn bedoeld om ons op de smalle weg te houden. (Lees Psalm 119:9, 10, 45, 133.)

7. Hoe moeten jongeren de smalle weg bezien?

⁷ Als je nog jong bent, kun je soms het gevoel hebben dat Jehovah’s normen te beperkend zijn. Dat is wat Satan wil dat je denkt. Hij heeft het liefst dat je gefocust bent op degenen die veel plezier lijken te hebben op de brede weg. Hij gebruikt wat je leeftijdgenoten op school allemaal doen of wat je op internet ziet om je het gevoel te geven dat je alle plezier misloopt. Satan wil je laten denken dat je door Jehovah’s  normen niet maximaal van het leven kunt genieten. * Maar houd dit in gedachte: Satan wil niet dat iemand die op zijn weg zit ziet waar de reis eindigt. Jehovah daarentegen geeft je een duidelijk beeld van wat je te wachten staat als je op de weg naar het leven blijft (Psalm 37:29; Jesaja 35:5, 6; 65:21-23).

8. Wat kunnen jongeren van het voorbeeld van Olaf leren?

⁸ Je kunt veel leren van wat Olaf * meemaakte. Klasgenoten probeerden die jonge broeder over te halen om seks te hebben. Toen hij uitlegde dat Jehovah’s Getuigen naar de hoge normen en waarden uit de Bijbel leven, zagen sommige meisjes in zijn klas dat als een uitdaging om hem tot seks te verleiden. Maar Olaf stond pal voor wat juist is.  En dat was niet de enige druk die hij moest weerstaan. Hij vertelt: ‘M’n leraren hielden me voor hoeveel prestige het zou opleveren als ik naar de universiteit zou gaan. Ze zeiden dat er zonder zo’n opleiding weinig van m’n leven terecht zou komen.’ Wat hielp Olaf om de druk te weerstaan? Hij zegt: ‘Ik ontwikkelde hechte vriendschappen in de gemeente. Die vrienden werden als familie voor me. Ik begon ook serieuzer te studeren. Hoe dieper ik studeerde, hoe meer ik ervan overtuigd raakte dat dit de waarheid was. Daardoor was ik vastbesloten Jehovah te dienen.’

9. Wat wordt er van je verwacht om op de smalle weg te blijven?

⁹ Satan wil graag dat je op de weg naar het leven de afrit neemt. Hij wil dat je net als de meeste mensen terechtkomt op de wijde weg ‘die naar de vernietiging leidt’ (Matth. 7:13). Maar je zult op de smalle weg blijven als je naar Jezus blijft luisteren en die weg als een bescherming ziet. Laten we nu eens kijken naar iets anders dat je volgens Jezus moet doen.

10. Wat moeten we volgens Mattheüs 5:23, 24 van Jezus doen?

¹⁰ Lees Mattheüs 5:23, 24. Jezus had het over iets dat voor de Joden die naar hem luisterden heel belangrijk was. Stel je iemand in de tempel voor die op het punt stond een offerdier aan een priester te geven. Als hij zich op dat moment herinnerde dat zijn broeder iets tegen hem had, moest hij zijn offergave achterlaten. Waarom? Wat kon er belangrijker zijn dan een offer brengen aan Jehovah? Jezus zei: ‘Ga eerst naar je broeder en sluit vrede met hem.’

11. Vertel wat Jakob allemaal deed om vrede te sluiten met Esau.

¹¹ Een gebeurtenis uit het leven van Jakob bevat mooie lessen over vrede sluiten. Toen hij zo’n 20 jaar uit zijn geboorteland was weggeweest, gaf God hem via een engel opdracht terug te gaan (Gen. 31:11, 13, 38). Maar er was een probleem. Hij was ooit weggegaan omdat zijn oudere broer, Esau, hem toen wilde vermoorden (Gen. 27:41). Jakob was ‘heel bang en ongerust’ dat zijn broer nog steeds kwaad op hem was (Gen. 32:7). Wat deed hij om vrede te sluiten met zijn broer? Eerst bad hij er vurig tot Jehovah over. Vervolgens stuurde hij een groot geschenk naar Esau (Gen. 32:9-15). En toen de broers die zo van elkaar vervreemd waren weer tegenover elkaar stonden, nam Jakob het initiatief om Esau te eren. Hij boog zich diep voor hem. Niet een of twee keer, maar wel zeven keer! Jakob sloot vrede met zijn broer door nederig te zijn en respect te tonen (Gen. 33:3, 4).

12. Wat kun je van Jakobs voorbeeld leren?

¹² Er zit een les in de manier waarop Jakob zijn broer benaderde en zich op de ontmoeting voorbereidde. Nederig vroeg hij Jehovah om hulp. Vervolgens handelde hij naar zijn gebed door te doen wat hij kon om de hereniging zo prettig mogelijk te maken. Toen de broers elkaar troffen, ging Jakob niet met Esau ruziën over wie er  nou eigenlijk gelijk had. Het was zijn doel vrede te sluiten met zijn broer. Hoe kun je zijn voorbeeld volgen?

13-14. Wat moet je doen als je iemand hebt gekwetst?

¹³ Op de weg naar het leven is het belangrijk de vrede te bewaren met je broeders en zusters (Rom. 12:18). Wat moet je doen als je beseft dat je iemand hebt gekwetst? Bid net als Jakob tot Jehovah. Vraag hem om zijn zegen op je pogingen om je broeder te winnen.

¹⁴ Neem ook de tijd voor een zelfonderzoek. Vraag je bijvoorbeeld af: Ben ik bereid mijn trots opzij te zetten, nederig te zeggen dat het me spijt en vrede te sluiten? Wat zullen Jehovah en Jezus ervan vinden als ik het initiatief neem om het goed te maken? Je antwoorden kunnen je motiveren om naar Jezus te luisteren en nederig naar je broeder of zuster te gaan om vrede te sluiten. Je kunt hierin het voorbeeld van Jakob volgen.

15. Hoe kan het principe uit Efeziërs 4:2, 3 je helpen vrede te sluiten met je broeder?

¹⁵ Stel dat Jakob trots was geweest toen hij tegenover zijn broer stond! Dan had het weleens heel anders kunnen aflopen. Als je op je broeder afstapt om iets bij te leggen, doe dat dan met een nederige instelling. (Lees Efeziërs 4:2, 3.) Spreuken 18:19 zegt: ‘Een gekwetste broeder is onverzettelijker dan een vesting en geschillen kunnen als de grendel van een burcht zijn.’ Een nederige verontschuldiging kan je toegang geven tot die burcht.

16. Waar moet je over nadenken, en waarom?

¹⁶ Denk ook goed na over wat je tegen je broeder gaat zeggen en hoe. Als je er klaar voor bent, ga dan naar je broeder toe met het doel zijn gekwetste gevoelens weg te nemen. Misschien zegt hij dingen die niet leuk zijn om te horen. Je kunt dan makkelijk kwaad worden of proberen goed te praten wat je hebt gedaan. Maar zou dat tot vrede leiden? Waarschijnlijk niet. Bedenk dat vrede sluiten met je broeder belangrijker is  dan bepalen wie er gelijk heeft (1 Kor. 6:7).

17. Wat kun je leren van het voorbeeld van Gilbert?

¹⁷ Een broeder die Gilbert heet, vertelt over wat hij deed om vrede te sluiten. ‘Ik had veel problemen met m’n dochter. Twee jaar lang deed ik moeite open en kalm met haar te praten om het weer goed te maken.’ Wat deed hij nog meer? ‘Voordat ik met haar ging praten, bad ik altijd en bereidde ik me mentaal voor op vervelende opmerkingen. Ik moest bereid zijn te vergeven. Ik leerde om niet op m’n rechten te staan en ik begreep dat het m’n taak was vrede te bevorderen.’ Wat was het resultaat? ‘Op dit moment’, zegt Gilbert, ‘heb ik innerlijke vrede dankzij de goede verhouding met al m’n familieleden.’

18-19. Wat moet je je voornemen als je iemand hebt gekwetst, en waarom?

¹⁸ Wat moet je je dus voornemen als je beseft dat je je broeder of zuster hebt gekwetst? Volg Jezus’ raad op en sluit vrede. Praat er met Jehovah over en vertrouw erop dat zijn geest je zal helpen vrede te sluiten. Als je dat doet, zul je gelukkig zijn en laat je zien dat je naar Jezus luistert (Matth. 5:9).

¹⁹ We zijn dankbaar dat Jehovah ‘het hoofd van de gemeente’, Jezus Christus, gebruikt om ons liefdevol raad te geven (Ef. 5:23). Neem je dus vast voor om net als Petrus, Jakobus en Johannes ‘naar hem te luisteren’ (Matth. 17:5). We hebben gezien hoe je vrede kunt sluiten met iemand die je hebt gekwetst. Als je dat doet en op de smalle weg naar het leven blijft, krijg je nu veel zegeningen en in de toekomst oneindig geluk.