Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

COVERONDERWERP

Wat God voor u heeft gedaan

Wat God voor u heeft gedaan

„Want God had de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.” — Johannes 3:16, De Nieuwe Bijbelvertaling.

Dit is een van de bekendste en meest geciteerde teksten uit de hele Bijbel. Er is weleens gezegd dat geen enkel Bijbelvers Gods band met mensen en de weg tot redding zo bondig samenvat. In sommige landen is deze Bijbeltekst of gewoon „Johannes 3:16” vaak te zien bij onder andere evenementen, op bumperstickers en in graffiti.

Mensen die veel waarde hechten aan deze tekst zijn er waarschijnlijk van overtuigd dat Gods liefde een garantie vormt voor hun eeuwige redding. Wat betekent Gods liefde voor u? En wat heeft God gedaan waaruit zijn liefde voor u blijkt?

„GOD HAD DE WERELD ZO LIEF”

Veel mensen geloven dat God het heelal, de natuur en de mens geschapen heeft. Levende organismen zijn zo complex en zitten zo goed in elkaar dat er zeker een hogere intelligentie achter moet zitten. Heel wat mensen danken God elke dag voor de gave van het leven. Ze erkennen ook dat ze volledig van God afhankelijk zijn om in leven te blijven en van het leven te genieten. Zo voorziet God in lucht, water, eten en de kringlopen in de natuur.

Het is goed om God voor al die dingen te bedanken, want hij is echt onze Maker en Verzorger (Psalm 104:10-28; 145:15, 16; Handelingen 4:24). Als we nadenken over alles wat hij doet om alleen al het leven mogelijk te maken, gaan we beseffen hoeveel liefde hij voor ons heeft. De apostel Paulus zei dat God „aan allen leven en adem en alle dingen geeft”. Ook zei hij: „Door hem hebben wij leven en bewegen wij ons en zijn wij” (Handelingen 17:25, 28).

Maar God toont op nog meer manieren zijn liefde voor ons. Hij heeft ons hoger gemaakt dan de dieren en ons waardigheid gegeven door ons het vermogen te geven om over spirituele dingen na te denken en ons te helpen in onze spirituele behoefte te voorzien (Mattheüs 5:3). Daardoor hebben gehoorzame mensen het vooruitzicht deel van Gods gezin te gaan uitmaken en zijn „kinderen” te worden (Romeinen 8:19-21).

Zoals Johannes 3:16 verder zegt, toonde God zijn liefde voor ons door zijn Zoon, Jezus, naar de aarde te sturen om ons over zijn God en Vader te leren en om voor ons te sterven. Toch geven veel mensen toe dat ze niet echt begrijpen waarom Jezus voor de mensheid moest sterven en hoe Jezus’ dood een uiting van Gods liefde voor ons is. Wat zegt de Bijbel over de reden voor Jezus’ dood en de waarde ervan?

„DAT HIJ ZIJN ENIGE ZOON HEEFT GEGEVEN”

Iedereen is sterfelijk en ontkomt niet aan ziekte, ouderdom en de dood. Toch is dat niet hoe Jehovah, God, het oorspronkelijk bedoeld had. Hij gaf de eerste mensen het vooruitzicht voor eeuwig in een paradijs op aarde te leven. Maar er was één voorwaarde: ze moesten hem gehoorzamen. God zei dat als ze ervoor kozen dat niet te doen, ze zouden sterven (Genesis 2:17). De eerste mens kwam in opstand tegen Gods autoriteit, en daardoor bracht hij de dood over zichzelf en over zijn nakomelingen. Paulus legt uit dat „door één mens de zonde de wereld is binnengekomen en door de zonde de dood, en aldus de dood zich tot alle mensen heeft uitgebreid omdat zij allen gezondigd hadden” (Romeinen 5:12).

Maar God „heeft gerechtigheid lief” (Psalm 37:28). Hoewel hij de opzettelijke overtreding van de eerste mens niet kon negeren, heeft hij de hele mensheid niet vanwege de ongehoorzaamheid van één mens voor eeuwig tot lijden en de dood veroordeeld. Door het wettelijke beginsel ’een leven voor een leven’ toe te passen heeft God juist de weegschaal van gerechtigheid weer in balans gebracht en eeuwig leven opnieuw mogelijk gemaakt voor gehoorzame mensen (Exodus 21:23). Maar de vraag is: hoe kon het volmaakte menselijke leven dat door Adam verloren was gegaan, hersteld worden? Er moest een leven geofferd worden dat van gelijke waarde was als dat van Adam: een volmaakt menselijk leven.

Jezus was bereid naar de aarde te komen en zijn leven te geven om de mensheid van zonde en de dood te bevrijden

Het is duidelijk dat geen enkele onvolmaakte afstammeling van Adam zo’n offer kon brengen, maar Jezus kon dat wel (Psalm 49:6-9). Omdat Jezus geen zonde erfde toen hij geboren werd, was hij net als Adam volmaakt. Door afstand te doen van zijn leven kon Jezus de mensheid dus loskopen van de slavernij aan zonde. Daardoor bood hij afstammelingen van de eerste man en vrouw de gelegenheid een volmaakt leven te hebben zoals Adam en Eva dat ooit hadden (Romeinen 3:23, 24; 6:23). Is er iets wat wij moeten doen om voordeel te hebben van die nobele daad van liefde?

„IEDEREEN DIE IN HEM GELOOFT”

Het volgende gedeelte van Johannes 3:16 zegt: „Opdat iedereen die in hem [Jezus] gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.” Dit betekent dat er aan de gave van eeuwig leven een voorwaarde vastzit. Als we eeuwig willen leven, moeten we in Jezus geloven en hem gehoorzamen.

Misschien denkt u: ’Waar staat dat we hem moeten gehoorzamen? Zei Jezus niet dat „iedereen die in hem gelooft” eeuwig leven zal hebben?’ Geloof in hem is inderdaad noodzakelijk. Maar volgens de Bijbel is alleen geloven dat Jezus bestaat, niet voldoende. Volgens het Lexicon Nieuwe Testament van J.A. Murre betekent het woord dat Johannes in de oorspronkelijke taal gebruikt „vertrouwen, zich op iets of iemand verlaten”. Om Gods goedkeuring te krijgen, moet iemand meer doen dan verstandelijk erkennen dat Jezus de Redder is. Iemand moet ook oprecht proberen toe te passen wat Jezus leerde. Zonder daden is elke belijdenis van geloof waardeloos. „Geloof zonder werken [is] dood”, zegt de Bijbel (Jakobus 2:26). Iemand moet dus in Jezus geloven in de zin dat hij in overeenstemming met zijn geloof leeft.

Paulus legt het als volgt uit: „De liefde die de Christus heeft, dringt ons, want wij hebben zó geoordeeld, dat één mens [Jezus] voor allen is gestorven (...) En hij is voor allen gestorven, opdat zij die leven, niet langer voor zichzelf zouden leven, maar voor hem die voor hen gestorven is en werd opgewekt” (2 Korinthiërs 5:14, 15). Oprechte dankbaarheid voor Jezus’ offer moet ons ertoe bewegen ons leven te veranderen. We moeten niet langer voor onszelf leven, maar voor Jezus, die voor ons gestorven is. Dat wil zeggen dat we in ons leven prioriteit moeten geven aan het toepassen van wat Jezus leerde. Zo’n verandering zal onvermijdelijk invloed hebben op onze waarden, onze keuzes en alles wat we doen. Wat voor beloning zullen mensen krijgen die in Jezus geloven?

„NIET VERLOREN GAAT, MAAR EEUWIG LEVEN HEEFT”

Het laatste deel van Johannes 3:16 laat zien wat God belooft aan iedereen die in het loskoopoffer gelooft en naar zijn normen leeft. Het is Gods wil dat zulke gelovige mensen niet verloren gaan, maar eeuwig leven hebben. Er zijn twee verschillende vooruitzichten voor mensen die voordeel hebben van Gods liefde.

Aan één groep beloofde Jezus eeuwig leven in de hemel. Hij zei duidelijk tegen zijn trouwe volgelingen dat hij voor hen een plaats in orde zou maken zodat ze met hem in heerlijkheid zouden regeren (Johannes 14:2, 3; Filippenzen 3:20, 21). Degenen die worden opgewekt tot leven in de hemel „zullen priesters van God en van de Christus zijn en zullen de duizend jaar met hem als koningen regeren” (Openbaring 20:6).

Slechts een beperkt aantal van Christus’ volgelingen krijgt dat voorrecht. Jezus zei: „Vreest niet, kleine kudde, want het heeft uw Vader goedgedacht u het koninkrijk te geven” (Lukas 12:32). Uit hoeveel personen zou die „kleine kudde” bestaan? Openbaring 14:1, 4 zegt: „Ik zag, en zie! het Lam [de opgestane Jezus Christus] stond op de [hemelse] berg Sion, en met hem honderd vierenveertig duizend, die zijn naam en de naam van zijn Vader op hun voorhoofd geschreven droegen. (...) Dezen werden uit het midden van de mensen gekocht als eerstelingen voor God en voor het Lam.” In vergelijking met de miljarden mensen die ooit hebben geleefd, zijn 144.000 personen inderdaad een „kleine kudde”. Ze worden omschreven als koningen. Over wie zullen ze regeren?

Jezus sprak over een tweede groep gelovige mensen die voordeel zullen hebben van het hemelse Koninkrijk. Hij zei in Johannes 10:16: „Ik heb nog andere schapen, die niet van deze kooi zijn; ook die moet ik brengen, en zij zullen naar mijn stem luisteren, en zij zullen één kudde, één herder worden.” Die „schapen” kijken uit naar eeuwig leven op aarde, het vooruitzicht dat Adam en Eva oorspronkelijk ook hadden. Hoe weten we dat de toekomst van die groep op aarde zal zijn?

In de Bijbel wordt op veel plaatsen gezegd dat er paradijselijke omstandigheden op aarde zullen komen. U kunt dat zelf in uw bijbel lezen, in de volgende teksten: Psalm 37:9-11; 46:8, 9; 72:7, 8, 16; Jesaja 35:5, 6; 65:21-23; Mattheüs 5:5; Johannes 5:28, 29; Openbaring 21:4. In die teksten wordt voorspeld dat er een eind komt aan oorlog, hongersnood, ziekte en de dood. Ze spreken over een tijd waarin goede mensen hun eigen huis zullen bouwen, hun eigen land zullen bewerken en hun kinderen in vredige omstandigheden zullen grootbrengen. * Spreekt zo’n vooruitzicht u aan? Er zijn goede redenen om te geloven dat die beloften binnenkort zullen uitkomen.

GOD HEEFT VEEL GEDAAN

Als we nadenken over alles wat God voor ons en de hele mensheid heeft gedaan, is het duidelijk dat hij al heel veel voor ons heeft gedaan. Hij heeft ons het leven gegeven, en ook intelligentie, een mate van gezondheid en alles wat we nodig hebben om ons leven in stand te houden. Maar Gods geschenk van het loskoopoffer via Jezus, die voor ons is gestorven, kan tot nog grotere zegeningen leiden, zoals Johannes 3:16 duidelijk maakt.

Eeuwig leven in vredige, aangename omstandigheden, zonder de dreiging van ziekte, oorlog, hongersnood of de dood, zal absoluut tot eindeloos geluk en zegeningen leiden. Of u van die zegeningen zult genieten, hangt helemaal van u af. Waar het eigenlijk op neerkomt is: wat doet u voor God?

^ ¶24 Meer informatie over die voorspellingen kunt u vinden in hoofdstuk 3 van het boek Wat leert de bijbel echt?, uitgegeven door Jehovah’s Getuigen.