In ten minste zeven steden in Rusland heeft de politie gewelddadige invallen gedaan bij Jehovah’s Getuigen. In een ogenschijnlijk gecoördineerde actie hebben speciale politie-eenheden (OMON), die soms maskers droegen en machinegeweren bij zich hadden, invallen gedaan in woningen van Getuigen. Ze richtten vuurwapens op ze en hielden zowel jongeren als ouderen vast voor verhoor.

In het afgelopen jaar hebben de autoriteiten ten minste in tien gevallen strafrechtelijk onderzoek gedaan en daarnaast vijf Getuigen, onder wie Dennis Christenen, die al sinds 25 mei 2017 in voorarrest zit, gevangengezet. Een andere Getuige, Arkadja Akopjan (69), staat momenteel terecht in de republiek Kabardino-Balkarië. Ze kunnen allemaal gevangenisstraffen krijgen van twee tot tien jaar, alleen omdat ze bijeen waren gekomen voor aanbidding.

Op 20 april 2017 heeft het Hooggerechtshof van de Russische Federatie het Bestuurscentrum van Jehovah’s Getuigen en alle 395 plaatselijke rechtspersonen van de Getuigen verboden. Tijdens de zitting beweerde de Russische regering dat ze weliswaar de rechtspersonen van Jehovah’s Getuigen hadden ontbonden, maar dat individuele Getuigen vrij zouden zijn om hun geloof te belijden. Deze bewering staat echter haaks op de acties van de regering.

Nu de Russische autoriteiten erin zijn geslaagd de rechtspersonen van Jehovah’s Getuigen te ontbinden en zijn begonnen de eigendommen van de Getuigen in beslag te nemen, richten ze hun aanval en aandacht op mensen en hun religieuze activiteiten. Voor de ruim 175.000 Getuigen van Jehovah in Rusland wordt het nu strafbaar om hun geloof te belijden.

Sinds januari 2018 zijn Jehovah’s Getuigen steeds vaker het doelwit van politieagenten.

20 april 2018, Sjoeja, regio Ivanovo: Politieagenten doorzochten de woningen van vier getuigen. De functionarissen namen Dmitri Michajlov mee naar het politiebureau, zetten hem gevangen en lieten hem later weer vrij. De autoriteiten hebben een strafrechtelijk onderzoek naar hem gestart en hebben hem op grond van artikel 282.2(2) van het Wetboek van Strafrecht aangeklaagd wegens ‘deelname aan de activiteiten van een extremistische organisatie’. Tot nader order mag hij niet buiten Sjoeja reizen.

19 april 2018, Vladivostok: De politie en de Federale Veiligheidsdienst (FSB) deden een inval in een appartement en namen Valentin Osadtsjoek en drie oudere vrouwen mee naar het politiebureau voor verhoor. Osadtsjoek werd aangeklaagd op grond van artikel 282.2(2) van het Wetboek van Strafrecht, waar een gevangenisstraf van twee tot vier jaar op staat, en plaatsten hem in voorarrest. Op 23 april gaf de rechtbank van Froenzenski het bevel om het voorarrest te verlengen tot 20 juni 2018. Momenteel zit hij vast in de Onderzoeksgevangenis nr. 1 in Vladivostok.

18 april 2018, Poljarny, regio Moermansk: Laat op de avond braken gemaskerde OMON-agenten met machinegeweren de deur open van het huis van Roman Markin. Agenten hielden hem onder schot en dwongen hem op de grond te gaan liggen. Zijn tienerdochter viel bij de aanblik van de gewapende agenten onmiddellijk op de grond en bedekte haar hoofd met haar armen. De politie doorzocht het huis, nam Markin daarna mee naar het politiebureau en plaatste hem in voorarrest.

Diezelfde avond doorzochten agenten nog 14 woningen van Getuigen in het gebied en namen daarbij mobieltjes, tablets en andere persoonlijke bezittingen in beslag. Vervolgens nam de politie de Getuigen mee naar het politiebureau voor ondervraging. De plaatselijke autoriteiten begonnen een strafzaak tegen Markin en een andere plaatselijke Getuige, Viktor Trofimov. Beiden werden aangeklaagd op grond van artikel 282.2(1) van het Wetboek van Strafrecht wegens ‘het organiseren van activiteiten van een extremistische organisatie’. Als ze veroordeeld worden, hangt hun een gevangenisstraf van zes tot tien jaar boven het hoofd. Beide mannen blijven in voorarrest in Gevangenis nr. 1 in Moermansk.

10 april 2018, district Zaton, Oefa: Tussen 6.30 en 7.00 uur deden inspecteurs en OMON-agenten huiszoekingen in de woningen van verscheidene Getuigen. Tijdens de huiszoekingen ondervroegen ze de Getuigen. In één geval zei een agent tegen een van de slachtoffers: ‘Zodra je zegt dat je geen lid bent van de organisatie van Jehovah’s Getuigen laten we je gaan.’ In een ander geval zei een agent tegen een slachtoffer: ‘We zullen jullie van de aarde wegvagen.’ Alle Getuigen werden meegenomen naar het politiebureau voor vingerafdrukken en verdere ondervraging.

Bij een inval in het huis van het echtpaar Chafizov hielden de agenten ze onder schot terwijl ze hun huis doorzochten. Na de huiszoeking greep een agent de arm van de vrouw vast, duwde haar in de politiewagen en nam haar mee voor verhoor. De echtgenoot is geen Getuige.

De agenten vielen het huis van Anatoli Vilitkevitsj binnen en arresteerden hem. Ze vertelden zijn vrouw dat ze haar man ‘heel lang’ niet zou zien. De autoriteiten hebben hem aangeklaagd op grond van artikel 282.2(1) van het Wetboek van Strafrecht wegens ‘het organiseren van activiteiten van een extremistische organisatie’ en houden hem in voorarrest tot 2 juni 2018. Als hij veroordeeld wordt, kan hij tot wel tien jaar gevangenisstraf krijgen.

Maart 2018, Orjol: Naast de lopende strafzaak tegen Dennis Christensen zijn de autoriteiten na huiszoekingen in zeven woningen in Orjol in mei 2017 een tweede strafrechtelijk onderzoek begonnen tegen een andere Getuige, Sergej Skrynnikov. Skrynnikov is nog niet in staat van beschuldiging gesteld. Hij wordt aangeklaagd op grond van artikel 282.2(2) van het Wetboek van Strafrecht wegens ‘deelname aan de activiteiten van een extremistische organisatie’. Als hij veroordeeld wordt, hangt hem een gevangenisstraf van twee tot vier jaar boven het hoofd.

7 februari 2018, Belgorod: Grote groepen agenten vielen tien huizen van de Getuigen binnen. De agenten gooiden verscheidene van de huiseigenaren met geweld op de grond of drukten ze tegen de muur. Tijdens de huiszoeking namen de agenten telefoons en tablets, paspoorten, foto’s en geld in beslag. Vervolgens namen ze alle Getuigen mee naar het politiebureau, waar ze werden ondervraagd. Daarna lieten ze iedereen vrij behalve Anatoli Sjaljapin en Sergej Vojkov. De twee mannen werden 48 uur vastgehouden. Nu mogen de mannen de stad Belgorod echter niet verlaten.

23 januari 2018, Kemerovo: De politie deed invallen in 12 woningen van Getuigen. Tijdens huiszoekingen namen agenten alle telefoons, tablets, religieuze lectuur en veel documenten in beslag. Vóór de invallen had een man die zich voordeed als Getuige de bijeenkomsten bezocht, in het geheim geluidsopnamen gemaakt en die aan de politie gegeven. Op grond van die opnamen zijn de autoriteiten een strafrechtelijk onderzoek begonnen.

Behalve deze buitenproportionele acties van de politie en de FSB hebben de autoriteiten besloten dat de staat kinderen van Jehovah’s Getuigen kan afnemen voor ‘resocialisatie’. Op 14 november 2017 heeft het voltallige Hooggerechtshof van de Russische Federatie in Resolutie nr. 44 bepaald dat ouders ‘door een rechtbank uit het ouderlijk gezag [mogen] worden ontzet’ als ze hun kinderen betrekken bij een religieuze organisatie die verboden is omdat ze “extremistisch” is’.

Op 23 november 2017 bracht het ministerie van Onderwijs en Wetenschap een advies uit voor het hele land met de oproep tot ‘resocialisatie’ van kinderen die blootgesteld worden aan ‘religieus-extremistische . . . ideologieën’. Het ministerie had slechts twee groepen geselecteerd: kinderen van IS-leden en kinderen van Jehovah’s Getuigen. Volgens het ministerie hebben ‘tienduizenden kinderen en adolescenten’ ouders die Jehovah’s Getuigen zijn. Tot nu toe zijn er nog geen kinderen bij hun ouders weggehaald.

Er is geen andere lidstaat van de Raad van Europa die zulke hevige aanvallen op een vreedzame religieuze minderheid heeft gedaan. Jehovah’s Getuigen in Rusland kunnen niet meer in het openbaar bijeenkomen om God te aanbidden of de Bijbel te lezen en bestuderen. Om arrestatie en strafrechtelijke vervolging te voorkomen, moeten ze in het geheim bijeenkomen, net zoals ze dat deden in het Sovjettijdperk.

Jehovah’s Getuigen over de hele wereld maken zich grote zorgen over hun geloofsgenoten in Rusland en vragen zich af wat deze door de regering op gang gebrachte campagne voor ze zal betekenen in emotioneel, geestelijk en fysiek opzicht. Philip Brumley, algemeen raadsman voor Jehovah’s Getuigen, zei: ‘De Russische regering moet stoppen met deze mishandelingen en zich houden aan haar internationale afspraken om de mensenrechten en godsdienstvrijheid te respecteren. Nu de autoriteiten hun aandacht hebben verlegd van de aanval op de rechtspersonen van de Getuigen naar het gevangenzetten van individuele Getuigen, vragen we ons af: wat staat Jehovah’s Getuigen in Rusland nog meer te wachten?’